Dürst Britt en Mayhew geven zichzelf levenslang
Vijf jaar geleden stelden ze zich ten doel om niet zomaar een galerie te starten. Hun galerie moest er een zijn die met ‘moeilijke’ hedendaagse kunst mee zou gaan doen in ‘de eredivisie van internationale kunstbeurzen.’ Dat is gelukt en nu vieren Jaring Dürst Britt en Alexander Mayhew het met de groepsexpositie Vèf Jaah! met werk van hun dertien vaste kunstenaars.
Vincent ‘t Sas ging naar de voormalige garage in de Haagse Schilderswijk en sprak met het duo dat zich nu in de eredivisie weet maar dan wel eentje zonder finale: “Hier zijn we tot onze dood mee bezig.”
Voor wie de twee kent is het niet moeilijk te raden van wie die uitspraak -‘Hier zijn we tot aan onze dood mee bezig’- is. Inderdaad van de wat zorgelijke Alexander. En natuurlijk was het de meer luchthartige Jaring die het voetballen erbij haalde toen we het hadden over de grote internationale kunstbeurzen als hij zegt: “Op beurzen krijg je access tot curatoren, verzamelaars; hoe langer je in de eredivisie van beurzen meedraait, hoe beter.”
Het komt ter sprake als we het hebben over de komende vijf jaar. Het streven is om de stap te maken van de parallel beurs Liste Art Fair Basel naar Art Basel, de hoofdbeurs met 250 galeries. Jaring: “We willen staan op een specifieke sectie van Art Basel, de afdeling Statements met twaalf jonge galeries.” Alexander: “Je móet er wel gaan staan, maar eigenlijk is het een steeg.”
Parijs staat ook hoog op de verlanglijst. En dan met name de FIAC (Foire Internationale d’Art Contemporain), waar in oktober 204 galeries aan zullen deelnemen, waaronder slechts drie Nederlandse. Alle drie natuurlijk uit Amsterdam (Ellen de Bruijne, Stigter van Doesburg en Martin van Zomeren).
Tweemaal werd hun aanvraag voor Liste Basel afgewezen. De derde keer, in 2018, was het raak. Naar eigen zeggen was het dankzij werk van Wieske Wester en nieuw werk van Puck Verkade, de hierboven afgebeelde video installatie BAIT. De video is verkocht tijdens Liste en daarmee hun eerste verkoop van een werk van Verkade.
Alexander: “Zo’n aanvraag kost heel veel tijd en geld, en intussen zijn er wel iets van 350 galeries die meedingen naar de 78 plekken die er zijn. Maar voor ons hoort het bij het galeriehouder zijn: onze kunstenaars internationaal brengen. En dan niet alleen met een leuk schilderijtje maar ook met installaties.”
Deelname aan beurzen is volgens de twee ook een must omdat galeries tegenwoordig slecht bezocht worden én omdat de grote Nederlandse kopers die participatie ook interessant vinden.
Dürst Britt & Mayhew waren de afgelopen vijf jaar behalve in Basel ook actief in Mexico City, Miami, Madrid, Marseille, Londen, Lissabon, Barcelona, Brussel, Kopenhagen, Turijn, Wenen en Warschau.
Intussen vindt Alexander het inrichten van een tentoonstelling in de galerie het leukste en het meest creatieve deel van hun werk. Wel zeggen ze blij te zijn om niet aan de PC Hooftstraat in Amsterdam of op het Haagse Noordeinde te zitten met hun galerie, vanwege de hoge huren voor dergelijke locaties. Financieel is het zo al spannend genoeg.
Alexander: “Het is financieel doodeng. Er zijn momenten geweest dat de moed me in de schoenen zonk. Art Rotterdam vorig jaar was echt desastreus. Er blijft niets aan die strijkstok hangen en we hebben al vijf jaar geen vakantie gehad. 24/7 vijf jaar lang. Het zijn wel tropenjaren.”
“Jammer dat je hier in Den Haag zo lastig in dat diplomatencircuit komt. Daar zijn we al door collega-galeriehouders voor gewaarschuwd. Ex-pats richten zich al snel op het Noordeinde. En het Kunstmuseum (voorheen Gemeentemuseum) laat zich hier ook te weinig zien. Benno Tempel is slechts éénmaal op een opening geweest, die van Puck Verkade in 2017. Alle andere curatoren zien we hier eigenlijk ook nooit. Op Yasmijn Jarram na, die reeds voordat ze voor het GEM ging werken bij ons over de vloer kwam. Dat het Kunstmuseum niet doorheeft dat wij hier in Den Haag iets heel bijzonders doen…”
Het zijn niet alleen jonge kunstenaars als Wester (1985) en Verkade (1987), DB&M hebben ook kunstenaars van voor de oorlog in hun stal zoals Jacqueline de Jong (1939) en Willem Hussem (1900-1974), wiens nalatenschap werd overgenomen van Galerie Nouvelles Images, toen die twee jaar geleden sloot. Jaring: “Dat wij Hussem nu vertegenwoordigen is een jongensdroom die uitgekomen is. Zo’n mid-century artist tonen we graag met andere kunstenaars van andere generaties.” Enthousiast vertelt hij over het aan elkaar knopen van avant-gardes uit verschillende tijdperken en over het paren van een conceptuele praktijk aan een visueel interessante vormtaal.
Terug naar het komende vijfjarenplan:
1: Alle kunstenaars zijn ons even lief en even belangrijk, maar dit zou de grootste uitdaging zijn… Willem Hussem internationaal bekender maken (daar wordt al aan gewerkt door uitwisseling met een galerie in Mexico);
2. Grotere financiële armslag genereren;
3. Deze extra financiële ruimte onder meer aanwenden om twee medewerkers aan te trekken waardoor ze de tijd die ze nu gebruiken om bijvoorbeeld pdfjes te maken, kunnen besteden aan netwerken met institutionele en particuliere kopers;
Over het vierde punt zijn de heren het nog niet eens: een permanente vestiging in het buitenland. Alexander wil wel een tweede locatie in Brussel of Mexico. Jaring noemt dat kapitaalvernietiging en wil vanuit één thuisbasis deelnemen aan internationale beurzen. Uiteindelijk worden ze het eens over het volgende en laatste punt:
4. Onze kunstenaars moeten een tweede galerie in het buitenland krijgen.
Ten slotte nog even over de tegenvallers en meevallers. Tegenvallers? Op Artissima Torino wilde iemand werk kopen ter waarde van €16.000 en dat ging uiteindelijk niet door. De enige andere keer dat ze een terugkrabbelende koper hadden (op Art Rotterdam dit jaar) ging de koop uiteindelijk gelukkig wel door.
Meevallers: je opent een galerie voor niet heel gemakkelijk te verkopen kunst in een buurt die bepaald niet bekend staat als doelgebied voor hedendaagse kunstverkopers en je verkoopt 11 werken aan maar liefst vier verschillende buren bij jou in de straat!
En tenslotte, dat alle kunstenaars die ooit een solo bij Dürst Britt Mayhew hebben gekregen nog steeds door de galerie worden vertegenwoordigd.
Vèf Jaah! is te zien tot en met 22 maart 2010 bij Dürst Britt & Mayhew, Van Limburg Stirumstraat 47 in Den Haag.