– In Memoriam – In gesprek met Erik Bos
Op 12 december 2016 overleed Erik Bos, de kunstminnende directeur die Galerie Nouvelles Images sinds 1989 vernieuwend, artistiek en relevant hield voor het (inter)nationale kunstklimaat. Eelco van der Lingen interviewde hem voor Jegens en Tevens in 2011. Om deze bijzondere man te eren, plaatsen wij het interview nogmaals.
Nouvelles Images is een galerie met een vloeroppervlak van 600 vierkante meter en is gehuisvest aan het Westeinde 22 in Den Haag. Ton Berends, de vorige eigenaar, handelde aanvankelijk in religieuze beelden, kruizen en bidprentjes. In 1960 gooide hij het roer om en begon hij een kunstgalerie.
De naam van de galerie ontleende hij aan de Franse Club des Nouvelles Images, een religieuze kunstbeweging in Parijs. De keuze van een Franse naam voor een Nederlandse galerie was destijds geen ongebruikelijke stap: denk aan de Amsterdamse galeries Le Canard en Espace. Veel van het werk van de kunstenaars dat in de beginfase door Nouvelles Images werd getoond, ging uit van religieuze motieven. In de jaren zeventig werd de galerie uitgebreid met een grote ruimte achterin het galeriegebouw, en verdween het religieuze motief uit de programmering.
Sinds 1989 wordt Nouvelles Images geleid door Erik Bos. Hij heeft van Nouvelles Images een galerie van internationale allure gemaakt die klassieke kunstenaars vertegenwoordigt, onder wie Armando, Lucassen, Willem Hussem, Carel Visser, en Auke de Vries, maar die ook veel jongere kunstenaars als David Bade, Jasper de Beijer en Hamid el Kanbouhi voor het voetlicht brengt.
Hoewel Galerie Nouvelles Images een grote en belangrijke galerie is, is de galerie weinig zichtbaar in de lokale kunstscène.
EB: Ik ben niet zozeer een Haagse galeriehouder. De galerie zit wel in Den Haag, maar het merendeel van mijn klanten komt van buiten de stad. Ik moet ook eerlijk zeggen dat ik mij relatief weinig met de lokale kunstscène bezighoud; ik weet wat er gebeurt, maar het is niet zo dat ik bijvoorbeeld veel naar lokale openingen ga.
Den Haag is een levendige kunststad geworden. De manifestatie Hoogtij bijvoorbeeld trekt veel mensen van binnen, maar ook van buiten Den Haag. Een dergelijk initiatief kan ik alleen maar heel erg waarderen.
Wel vind ik het jammer dat galeriehouders weinig samenwerken. Vroeger werden er gezamenlijke presentaties in de Grote Kerk georganiseerd. Die vorm van samenwerking is er niet meer, hoewel een aantal galeries op het Noordeinde zich af en toe gezamenlijk presenteert onder de naam: Nocturne. Dat is kennelijk succesvol.
Wat mij betreft komt mijn afzijdigheid niet voort uit een gebrek aan interesse, maar de galerie vertegenwoordigt 30 kunstenaars; we zijn vijf dagen in de week open en als ik niet in de galerie zit, leg ik atelierbezoeken bij kunstenaars af, ben ik met verzamelaars op stap, of bezoek ik internationale kunstbeurzen. Ik kom nauwelijks nog binnen bij andere galeries, behalve af en toe bij Galerie Van Kranendonk aan de overkant van de straat.
EvdL: Is het galeriewezen veranderd?
EB: Jazeker, en ook de relatie tussen galeriehouder en kunstenaar.
De galerie en de kunstenaar werkten vroeger hechter samen. Wanneer je een kunstenaar vertegenwoordigde, was het heel vanzelfsprekend dat je de kunstenaars exclusief aan je verbond, en dat is nu niet meer zo. Kunstenaars willen tegenwoordig vrijer zijn: er zijn meer galeries met wie ze samenwerken en ze wisselen gemakkelijker van galerie. Dat is op zich ook logisch, want bijna geen enkele galeriehouder kan garanderen dat een kunstenaar een jaarinkomen uit één tentoonstelling in de twee jaar haalt. Ik zou willen dat ik dergelijke omzetten kon halen, maar dat is helaas niet het geval. En als ik ze geen jaarinkomen kan bieden, wie ben ik dan om te zeggen dat een kunstenaar zijn werk ook niet ergens anders mag tonen?
Het aanbod is ook veel groter geworden, en de positie die galeries vroeger innamen is veranderd.
Vroeger waren verzamelaars ook meer verbonden aan één galerie. Mensen zien nu veel meer, mede dankzij het internet en de kunstbeurzen. Ik zie bij oudere verzamelaars verzamelingen die volledig bestaan uit werk dat bij ons is gekocht, maar jonge verzamelaars zijn veel grilliger. Vroeger werden kunstenaars door verzamelaars gevolgd en werd bij elke nieuwe tentoonstelling nieuw werk van hen aangeschaft; nu kopen ze een paar werken van één kunstenaar, en gaan dan op zoek naar een andere kunstenaar.
EvdL: Een tijdje geleden vertelden kunstverzamelaars Karen Knispel en Henk Drosterij bij een presentatie bij Heden dat ze bij jou begonnen waren met verzamelen, en dat je ze aan de hand had genomen. Gaat het zo?
EB: Wanneer je begint te verzamelen en je het eerste kunstwerk koopt, dan moeten zo af en toe nog wel de ogen worden geopend, en dan is er de galeriehouder die graag een lans wil breken voor de kunstenaars uit zijn stal. Als je goed wordt begeleid, goed wordt ‘gevoed’, dan ben je in staat opeens veel verder te zien en veel gedurfdere aankopen te doen. Daar heb ik als galeriehouder een functie.
Bovendien hebben kunstenaars die net van de academie komen nog geen markt en moeten ze bij hun mogelijke verzamelaars nog worden geïntroduceerd.
EvdL: Gebeurt het ook dat je kunstenaars dolgraag zou willen tonen, maar dat dit niet kan omdat je bij verzamelaars ‘de ogen niet geopend’ krijgt?
EB: Ja hoor, ik heb dat met meer kunstenaars gehad, vooral met kunstenaars die momenteel internationaal opereren.
Lang geleden bijvoorbeeld, wilde ik een werk kopen van de kunstenaar Neo Rauch bij Eigen+Art (zijn Duitse galerie). Hij zei: “Moet je doen, want het is een goede kunstenaar, en maak ook een tentoonstelling met zijn werk.” Hij stond toen nog met Neo Rauch op de beurs Liste in Basel. Ik heb de catalogi meegenomen. Wanneer ik nieuwe kunstenaars laat zien, probeer ik op basis van afbeeldingen die ik aan mensen laat zien erachter te komen of het iets is dat kan aanslaan. Dat was bij dat werk van Neo Rauch toen niet het geval. Toen heb ik gedacht: “Nou, dat moeten we niet doen.” Met Neo Rauch is het sindsdien heel goed gegaan.
Datzelfde geldt overigens voor Michael Raedecker, die hier in de galerie is begonnen. We hebben sinds 1992 een aantal tentoonstellingen van zijn werk gemaakt, maar we verkochten nauwelijks wat. Hij had overigens liever een Amsterdamse galerie gehad, want hij kwam uit Amsterdam. Er waren een paar mensen die wél in deze kunstenaar investeerden, zoals de verzamelaars Henk Drosterij en Karen Knispel. Die kochten een werk van hem, ABN AMRO kocht er een, en nog een vriend die vertrouwen had in wat ik liet zien. Daarna lieten we hem op de Art Amsterdam zien, en er gebeurde niets. We lieten hem weer zien in de galerie, en er gebeurde weer niets. Totdat er een tentoonstelling kwam in het Stedelijk Bureau Amsterdam en Charles Saatchi net daarvoor zijn hele eindexamenpresentatie op Goldsmith’s had gekocht. Op die tentoonstelling verkochten we alles.
Raedecker zit nu niet meer bij Nouvelles Images. Het verzamelpubliek is voor hem zeer internationaal geworden en voor Nederlandse verzamelaars was het daarna financieel onmogelijk om nog aan een werk te komen.
EvdL: Is dat niet een beetje wrang?
EB: Nee, ik ken mijn positie. Als de wereld groter wordt dan Nederland, dan leg je het als Nederlandse galeriehouder af. Dat heb ik al zo vaak meegemaakt. Dan is er in Nederland toch te weinig kapitaal en zijn er te weinig verzamelaars die werken tegen zulke hoge internationaal geaccepteerde prijzen kunnen aankopen. Dan is zo’n kunstenaar voor de buitenlandse markt veel interessanter.
EvdL: Terug naar Nederland. De bezuinigingen, merk je daar als commerciële galerie veel van?
EB: Van de bezuinigingen merk ik nu nog niets. Vorig jaar was een redelijk goed jaar, dit jaar tot nu toe ook.
Maar het is wel zo dat mensen door het verhoogde btw-tarief misschien terughoudender met hun aankopen zijn geworden.
En ik hoop dat de KunstKoopRegeling (KKR: de verzamelaar betaalt niet het totaalbedrag voor een kunstwerk ineens, maar sluit een renteloze lening die in maandelijkse termijnen gedurende drie jaar tijd wordt afgelost) blijft bestaan. Het zou een regelrechte ramp zijn als die wordt afgeschaft, niet zozeer voor ons, maar voor veel andere galeries die er meer dan wij voor hun klanten gebruik van maken. De cultuuromslag van meteen betalen in plaats van de KunstKoopRegeling of afbetalen zou veel te snel gaan. Bij Nouvelles Images maakt vijf tot tien procent van de kopers er gebruik van, en dat is op zich heel weinig. Bij andere galeries ligt dat percentage hoger.
EvdL: Den Haag Culturele Hoofdstad 2018. Is dat iets dat je bezighoudt?
EB: Ik vind dat wel belangrijk. Het is alleen zo dat er in het begin heel veel energie in is gaan zitten. Toen werd er van alles georganiseerd en moest er van alles gebeuren. Maar nu die startfase voorbij is, vraag ik me af of we nog wel in de race zijn, en of er nog wel hard aan wordt gewerkt. We moeten nog tot 2018 per slot van rekening. Ik denk wel dat het belangrijk voor Den Haag is wanneer we dat zouden worden, en ik hoop dat we dat dan doen met een prachtig programma waar kunstinstellingen en dus ook de galeries van zullen profiteren.
EvdL: Wordt Den Haag ooit een kunstwereldstad?
EB: Ik heb onlangs de opening van de tentoonstelling van Markus Lüpertz in het Gemeentemuseum Den Haag bijgewoond. Ik vond dat dat museum het onder Wim van Krimpen al heel erg goed deed, maar ik vind dat het beleid onder Benno Tempel nog spannender en actiever is geworden. Ik denk dat hij de ambitie heeft om ervoor te zorgen dat het Gemeentemuseum heel veel goede tentoonstellingen gaat maken. Het Gemeentemuseum vind ik een belangrijke speler in deze stad. Ik denk dat Den Haag het sowieso momenteel gewoon hartstikke goed doet.
Wat weten we van Amsterdam? Dat het Amsterdam is, that’s it.
Mijn stagiaire zei laatst: “Ik ben van de generatie van vóór het Stedelijk Museum, ik weet niet eens wat het Stedelijk Museum is.” En als een museum al vanaf 2004 dicht is, en er nu een tentoonstelling wordt georganiseerd waarbij het in het museum op Tweede Pinksterdag bijna helemaal leeg is, dan denk ik: daar wordt iets niet goed gedaan!
Dat zie ik hier in Den Haag niet zo gebeuren.
EvdL: Hoe kijk je verder tegen de toekomst van Nouvelles Images aan?
EB: Always bright! (dikke lach)