VERJONGING HET MAGISCHE WOORD BIJ TEFAF?
Een bijdrage van gastredacteur Thierry Reniers die TEFAF bezocht en een ontluikende verjonging en verandering bespeurde.
De achtentwintigste editie van TEFAF, de grootste kunst- en antiekbeurs ter wereld, vond van 13 – 22 maart plaats in Maastricht. Naar schatting dompelden zo’n 75.000 bezoekers zich in de MECC-hallen in Maastricht onder in de kunst die 247 galeries uit 20 verschillende landen tentoonstelden.
Bij binnenkomst wordt duidelijk dat TEFAF met haar tijd meegaat. Wie gezien wil worden, kan een selfie maken in een enorme nis waar het TEFAF-logo knalrood de oorlog verklaart aan de duizenden witte rozen waarmee de entree gedrapeerd is. Het initiatief valt te prijzen om aan te sluiten bij een maatschappelijke hype om de beurs onder de aandacht te brengen van de volgende generatie kunstkopers. Verjonging is namelijk een belangrijke uitdaging voor TEFAF. Twee jaar geleden was slechts 16% van de bezoekers jonger dan 40.
De vernieuwingen die TEFAF doorvoert, duiden erop dat de beurs gaandeweg meer eigentijdse kunst wil toevoegen om een jonger publiek aan te spreken. Hoewel TEFAF officieel nog steeds alleen een sectie ‘Modern’ kent, is het aandeel hedendaagse kunst hierbinnen dit jaar duidelijk vergroot. Galerie Hidde van Seggelen (Londen) is een verfrissende nieuwkomer met een gevarieerd aanbod van eigentijdse ‘cross-overs’ en kunstenaars, waar binnen zelfs een aankomend talent als Pere Llobera niet ontbreekt. Leslie Smith (Amsterdam) exposeert werk van Banksy en speelt zijn troefkaart van eigentijdse Aboriginal-kunst door het werk van de Australische kunstenaar Tommy Watson Yannima te tonen. De combinatie Kukje (Zuid-Korea) en Tina Kim (New York) valt op door kunst op plasmaschermen, onder andere een intrigerend videowerk van Bill Viola, getiteld ‘Delicate thread’ (2012) en digitale fotografie van de Koreaanse kunstenaar Kimsojaa.
Absoluut indrukwekkend is het metershoge werk van Anselm Kiefer bij Beck & Eggeling (Düsseldorf), die het werk van deze Duitse hedendaagse kunstenaar in hun twaalfde deelname aan TEFAF combineren met de objecten en beelden van Heinz Mack (1931) en Gehard Demetz (1971). Marlborough Fine Art (Londen/Zürich) kiest voor een verwarrende mix van 20e-eeuwse en eigentijdse kunst, waarbinnen werk van Chagall in één stand wordt getoond met een reusachtige ‘Mickey’ (Mouse) van Manolo Valdés uit 2015 en ‘Hound Lemon’ van Jason Brooks. Ook Keitelman Gallery (Brussel) presenteert een mix van moderne en eigentijdse kunst. Binnen hun selectie illustreert het werk ‘Année Zéro’ (2012) van de Marokkaans-Franse Mounir Fatmi de relatie tussen het minimalisme van de Nulgroep en kunst van nu.
Dat TEFAF bij de vernieuwing van haar beproefde concept het risico tot een minimum beperkt, is bittere noodzaak. Toch wordt dat risico reëler naarmate meer eigentijdse kunst waarvan de suprematie en de waardevastheid nog niet zijn bewezen, wordt toegelaten. Wanneer ontstijgt kunst immers de hype?
Op TEFAF 2014 speelden meerdere galeries in op de (vooral speculatieve) hype rondom het werk van de Franse zéro-kunstenaar Bernard Aubertin, bekend om zijn rode ‘spijkerschilderijen’. Op internationale veilingen bracht dit werk dat ongeveer op het prijsniveau van Jan Schoonhoven ligt, maand na maand meer op. Tot steeds meer werk online beschikbaar kwam en de bubbel barstte. Van Aubertin is dit jaar op TEFAF geen werk te zien. Ook met de publieksfavoriet van vorig jaar, de Amerikaanse kunstenaar Peter Anton (1963) die nog geen TEFAF-waardig CV heeft opgebouwd, neemt de beurs een risico. De gigantische bonbondozen die galerie Delaive dit jaar opnieuw exposeert, zijn attractief, maar hebben de lakmoesproef van serieuze kunst nog niet doorstaan.
De Afro-Amerikaanse kunstenaar Jean-Michel Basquiat (1960-1988), van wie werk bij drie galeries te vinden is, maakt kans op het predicaat ‘hype van TEFAF 2015’. De vraag waarom Basquiat juist nu ‘hot’ is, kent meerdere antwoorden. De huidige overzichtsexpositie, getiteld ‘Jean-Michel Basquiat: Now’s the Time’, waarmee AGO in Toronto lange rijen bezoekers trekt, zal een rol spelen. Daarnaast blijft er fascinatie voor kunstenaars die door hun vroegtijdige dood eeuwig jong blijven, zeker als er sprake is van zelfdestructie. Tenslotte is het niet ondenkbaar dat recente mediaberichten de hype het meest aanwakkeren; Madonna zou in haar jongere jaren een kortstondige relatie hebben gehad met de kunstenaar en Gwyneth Paltrow zou onlangs op Art Basel Hong Kong een werk van zijn hand gekocht hebben.
Een minder risicovolle manier om jonger werk en meer experiment tot de beurs toe te laten, is dit thematisch te kaderen en de bezoeker duidelijk te maken dat het hier gaat om werk met een ‘status aparte’. Het nieuwe onderdeel ‘Night fishing’ dat de organisatie van TEFAF heeft toegevoegd, leek in eerste instantie voor dit doel in het leven geroepen te zijn. Volgens de website zouden binnen dit jaarlijks terugkerende concept kunstenaars getoond worden die niet eerder op de beurs te zien waren, maar die binnen hun oeuvre een kunsthistorische relatie leggen met de voorwerpen die op TEFAF tentoongesteld worden. Curator Sydney Picasso zet ‘nachtvissend’ een consistente expositie neer met werk van acht verschillende postmoderne en hedendaagse kunstenaars die in hun werk de traditionele sculptuur heronderzoeken. Van verjonging of van een wezenlijk andere benadering van de kunst die in de stands van de moderne sectie getoond wordt, is echter geen sprake, ondanks de medewerking van Hidde van Seggelen. De gemiddelde leeftijd van de geselecteerde kunstenaars ligt op 67 jaar en hun statuur verschilt niet van die van de ‘reguliere’ TEFAF-kunstenaar. Ook hier valt bijvoorbeeld – evenals in de stand van galerie Bastian – werk van Georg Baselitz te zien, ‘Torso Rosa No. X 93’, waaraan een serieus prijskaartje hangt van 1,4 miljoen euro. En ook hier zitten er galeriehouders naast de tentoongestelde werken om deze aan te prijzen en te verkopen, zodat de bezoekers geen verschil zien tussen de expositie en een gewone stand.
TEFAF geeft in 2015 duidelijk een aanzet tot verjonging. Vooral omdat TEFAF twee goede structuren heeft gecreëerd om kunst uit deze categorie te introduceren, namelijk de zogenaamde ‘showcases’ (kleine stands voor exposanten die voor de eerste keer deelnemen) en het nieuwe onderdeel ‘Night fishing’. Als de beurs in 2016 een nog strikter toelatingsbeleid voor eigentijdse kunst hanteert en daarnaast deze structuren – mits apart gepositioneerd – gebruikt om jonger werk of zelfs experiment aan het aanbod toe te voegen, kan de beurs zich verjonging zeker permitteren. Sterker nog, TEFAF wordt dan nog aantrekkelijker en niet alleen voor een jonger publiek.