Verdwenen natuur in de backyard van de kunst
Annemarie van den Berg is voor de tweede keer gastredacteur voor Jegens & Tevens en schrijft over ‘onze’ Babette Wagenvoort die een bijzonder project op poten zette in Amstelveen. Een mooie impressie van de achtertuin van kunst en natuur.
– Door Annemarie van den Berg –
Bij mij thuis hangt een prent van Helen Frik aan de muur, met de aanbeveling kunst nooit met natuur te verwarren. Ik zie de tekening een paar keer per dag, dus ik ben inmiddels goed van de boodschap doordrongen. Kunst en natuur, het is niet altijd een succesvolle combinatie, dus wel zo veilig om die twee duidelijk van elkaar te scheiden.
Medewerkers van het internationale verzekeringsbedrijf Amlin Europe in Amstelveen ontvingen in mei dit jaar een enquêteformulier met de vraag ‘Hoe graag wilt u dat deze soorten terugkeren?’ – gevolgd door zes antwoordcategorieën die varieerden van 0 (‘Hoeft niet’) tot 5 (‘Daar heb ik alles voor over!’). Het verzoek was om bij 24 tekeningen van verdwenen soorten het juist geachte antwoord te omcirkelen. De getekende planten, dieren en zwammen hadden merkwaardig samengestelde namen als ‘bloeddruppelstekelzwam’, ‘zwartflankzwartbij’ en ’kalkgraslanddikkopje’. Alsof ze uit een dichtbundel kwamen.
Het formulier kwam van een kunstenaar.
Bij formulieren en kunst denken we in Nederland heel snel aan Martijn Engelbregt, die aanvankelijk vooral met enquêtes zijn ‘proceskunst’ gestalte gaf. Een van zijn onderwerpen was de mogelijkheid tot een democratisch kunstwerk te komen. Eerst voor de wijk het Kremlin in Gorichem (1998), later voor heel Nederland (2003-2010). Maar waar Engelbregt met deze projecten vooral het kunstige van kunst bevroeg (wat is kunst, wie bepaalt dat, en hoe gaat dat?) ging het bij het Amlin-formulier om een puur inhoudelijke inbreng. De dieren, planten of zwammen met de meeste stemmen zouden op een of andere manier gebruikt worden in het werk ‘Not in my backyard’.
Het ‘Backyard Sheet’, zoals het formulier getiteld was, werd door veel medewerkers ingevuld, de respons was groot. In het verzekeringsbedrijf bleek interesse gewekt voor uit Nederland verdwenen natuur – een beroepsgerelateerde neiging tot ‘damage control’?
Kunstenaar Babette Wagenvoort die het formulier rondstuurde is al langere tijd geïnteresseerd in verdwenen natuur, ze maakte daar eerder bijvoorbeeld een tekeningenserie over voor het literaire tijdschrift Hollands Maandblad.
Babette was bij Amlin uitgenodigd door Wonders on Work voor een ‘residency’ van een week, waarin zij een kunstwerk zou maken en de medewerkers van het bedrijf op een of andere manier bij het maakproces zou betrekken. Het resultaat van de enquête leverde voor de hele werkweek tekenvoer op. Elke dag werd onder het oog van Amlin-medewerkers een andere dier of plant teruggetekend in de backyard van de kunst: dat begon op maandag met een moot van een meterslange steur.
Vervolgens op dinsdag een boomgaard, als voorbereiding op de terugkeer van de roodkopklauwier.
Op woensdag de moerasparelmoervlinder en het blauwgrasland dat hij nodig heeft
En op donderdag (met de meeste stemmen, en dus in top) de roodkopklauwier – een zangvogel die weliswaar schattig oogt, maar zich volgens Wikipedia voedt met jonge muizen en kleine vogels.
Met acrylverf in zwart en rood ontstond een overweldigend brok verdwenen natuur terug in Nederland, op een muur in Amstelveen.
Bij de presentatie van de tekening bleken niet alleen species uit de enquête door de selectie te zijn gekomen: een wolf kijkt stoïcijns de tekening uit, en iets verderop kruipt een huiskat juist de tekening in. De inbreng van medewerkers was daarmee groter dan van tevoren beraamd: de wolf werd door een medewerker aan het formulier toegevoegd, en een andere medewerker had gewag gemaakt van zijn eigen kat die verdwenen was. Wolf en kat dus ook terug in de backyard, de macht van de scheppende tekenaar blijkt onbegrensd.
De boodschap van Helen Frik indachtig zal ik kunst en natuur niet verwarren. Maar vergelijken is geen verwarren. Als ik mocht kiezen tussen een wat onooglijke ‘onopvallende schotelkorst’ en de sprankelende muurtekening van Babette Wagenvoort, dan wist ik het wel.