Tijdens Art Rotterdam vindt al enige tijd de tentoonstelling Prospects & Concepts plaats, een presentatie van het Mondriaan Fonds met werk van kunstenaars die het voorgaande jaar een werkbijdrage jong talent kregen van het Mondriaan Fonds. Na het afgelopen jaar, waarin de pandemie veel dingen onmogelijk maakte en het functioneren van kunstenaars in verschillende opzichten bemoeilijkte, leek het de organisatoren passend de titel te beperken tot Prospects, daarmee aangevend dat het getoonde werk vooruitzichten geeft naar de toekomst.
Het lijkt er op dat we iets kunnen verwachten van deze lichting, want de tentoonstelling is wat mij betreft heel geslaagd. Misschien helpt het dat er meer ruimte beschikbaar was, ook al in verband met de coronamaatregelen (we houden anderhalve meter afstand…). Er is dus nu een tweede hal voor de ingang van Art Rotterdam waar ook werk uit deze tentoonstelling te zien is. De tentoonstelling krijgt zo de gelegenheid om te ademen. Dat wordt mede in de hand gewerkt door beperkingen die curator Johan Gustavsson zichzelf -naar ik aanneem- heeft opgelegd: per kunstenaar niet te veel werk. Wat ook meehelpt is dat deze lichting kunstenaars heel diverse invalshoeken heeft en een enorme vrijheid in materiaalgebruik voelt. Daarbij is het geld van het Mondriaan Fonds behulpzaam om gebruik te maken van de hoogwaardige faciliteiten die in Nederland beschikbaar zijn zoals het de keramische werkplaats van het EKCW en het Nederlands Textielmuseum in Tilburg.
Het resultaat is een heel diverse tentoonstelling die soms van de nood een deugd maakt door de Coronacrisis te gebruiken, maar die ook oplossingen levert voor andere thema’s die, ondanks de crisis, bijzonder geslaagd zijn. Opvallend is dat er time-based werk is in de vorm van performance waarvoor of waarmee situaties worden geschapen of veranderd. Er is relatief weinig video te zien en wat er te zien is is voor een deel documentatie van acties. Mijns inziens geeft dat een verschuiving naar live actie in soms theatrale omstandigheden. Bij deze een selectie uit het werk van de 74 kunstenaars.
Iliada Charalambous: What could we be? Visions – 2021. Voor het binnengaan zien we deze mooie installatie, eerder te zien bij Nest in Den Haag: een setting voor discussies over ‘Hoe kunst kan bijdragen aan verschuivende perspectieven, beleid en ideologieën’.
Myrte van der Molen: SOSocial, een studie over sociale omgangsvormen.
Ik kan niet meer vinden van wie dit werk is, maar het ziet er nogal Pop-art uit als Franse Pop-art.
Afra Eisma, een Haagse belofte die op speelse wijze met o.a. textiel en keramiek werkt.
Joakim Derlow: Untitled (Salmon/non serviam), duidelijk beïnvloed door de anekdotiek van de klassieken. Hij ziet het betreden van een kunstruimte als het lopen door oorlogsgebied: je moet constant op je hoede zijn!
Johnny Theodorus Wiekhart: Blue, grondig materiaalonderzoek en tactiliteit als strategie tegen de internetmarkt.
Linde Bast: This is not the comedy we intended when the year began – 2020. Een onderzoek naar het dodenmasker van een in de 19e eeuw in de Seine verdronken meisje wordt gefrustreerd door de pandemie en de maatregelen daartegen.
Jorge Luis Barragan met een installatie die een speelse omgang met materiaal laat zien, geïnspireerd door 19e en 20e eeuwse ornamentboeken.
Caz Egelie: The indecisive curator, een constant veranderende installatie waartussen de kunstenaar performances uitvoert. De installatie is gemaakt op basis van werk van o.a. Franz Erhard Walter, Constantin Brancusi en Claes Oldenburg.
Aaro Murphy: Running Idle – een akoestische installatie op basis van glazen sculpturen die apart of samen geluid geven als er lucht in wordt geblazen.
Ricardo van Eyk: Canal I -II- III en IV , een poging tot infiltratie in de stuctuur van de hal.
Thijs Jaeger: Vein – 2021 een soort mind-map op staalplaat met materiaal uit het atelier.
Reynier Vrancken: Everybody becoming somebody else (Bernadette’s clothes and Sander’s smell), de titel zegt het allemaal. Het doet denken aan het Haagse minimalisme.
Rosa Doornenbal – The will to believe, Act one – 2021. Dit is een heel leuke en filosofische marionettenfilm waarin de marionet (een goochelaar) zich bewust is van zijn bespeler.
Day Collective (Dorota Radzimirska and Yulia Radman) – Stories of Matter – 2020 – 2021. “In this environment one can contemplate a constant entangled becoming of matter where ‘environments’ and ‘bodies’ are intra-actively co-created”.
Willem de Haan: Inside the Art-fair Walls – 2021. Vervreemding is zijn ding, zeg maar!
Vera Gulikers: The model (hush and hurl) – 2021. Een feministische blik op veronderstelde aannames over vrouwen.
Romy Yedidia: Cornice – 2020. Performatieve sculptuur met gips dat door mallen gebaseerd op het lichaam van de kunstenaar door gips worden getrokken. het resultaat zijn delen van een kroonlijst waarin de vrouwelijke vormen herkenbaar zijn.
Zoals u hier kunt zien.
MireilleTap: Good Girl – 2021. Een subtiele installatie in een theatrale setting waarin ook performances worden uitgevoerd door de kunstenaar.
Lisa van Casano: Stone thin Section – 2020 een prachtige deken waarin koolstofgaren is verwerkt
En nog zo’n prachtige deken, beiden zijn gebaseerd op doorsnedes van stenen.
Franziska Schultz: Fear less – 2021. De scherf sculpturen op de voorgrond zijn pogingen om met de overblijfselen van heftige gebeurtenissen iets nieuws te creëren. Op de achtergrond Egg-paintings op basis van composities gemaakt met hardgekookte eieren.
Tahné Kleijn: Soo d’oudren songen, soo pypen de jonge – 2015 – 2020 Gebaseerd op 17e eeuwse schilderkunst maakt zij groepen familiefoto’s met het adagium ‘tot lering en vermaak’ als leidraad.