….vision Liverpool – part 2 – de finale
Tussen de kroning van King Charles III en het Eurovisie Songfestival door vervolgen we onze tour door Liverpool op zoek naar hedendaagse kunst. Met in deze finale-aflevering natuurlijk ook de nodige Oekraïense deelname. We beginnen daarom bij de Bluecoat in het hart van de stad en eindigen bij Tate Liverpool gelegen aan de Mersey-oever, dat langzaam verandert in een blauw-geel Eurovisie dorp.
Deel 1 van de trip vind je hier.
The Bluecoat
De Bluecoat is de meest centrale gelegen plek voor hedendaagse kunst en ligt enigszins verscholen, maar met een heerlijke binnentuin, in het autovrije winkelgebied ‘Liverpool One’. Het is gevestigd in het oudste gebouw in het hart van de stad, een zogenaamde ‘charity school’ voor de armste kinderen van de stad. In 1708 gefinancierd door lokale handelaren en daardoor direct verbonden aan de trans-Atlantische slavenhandel, dat Liverpool van een modderpoel in een grote stad deed veranderen. Het is een doorlopend thema in de geschiedenis van de stad, maar de schaduwzijde van de bloeiende handel in suiker, tabak en katoen is een onderwerp dat het liefst in algemene termen wordt benoemd. De Bluecoat probeert daar iets aan te doen middels kunst en educatie en programmeert al langer multicultureel. In een bescheiden tentoonstelling van affiches, brochures, foto’s en videodocumentatie geeft het kunstpodium inzage in haar eigen geschiedenis, die begon in 1907 met het tentoonstellen van inmiddels beroemde kunstenaars uit Franse impressionisme. Deze tentoonstelling begint in de jaren zestig wanneer het programma steeds avontuurlijker en gevarieerder wordt met de intrede van poëzie, jazz en performance art.
Een van de hoogtepunten uit die geschiedenis is het optreden van Yoko Ono in 1967, die een performance uitvoert waarin zij zich door het publiek met katoen laat inpakken. Veertig jaar later is ze terug in de Bluecoat om zich te laten uitpakken. In haar met de hand opgetypte autobiografie uit 1967 lezen we dat ze is geboren in ‘het vogeljaar’. In haar vroege jeugd verzamelde ze de hemel (en later zeewier). In het begon van haar volwassenheid baardde ze een grapefruit en ging ze over tot het verzamelen van slakken, wolken en afvalbakken. Ook haar opleiding richtte zich op deze onderwerpen, waarover ze daarna lezingen ging geven.
In de grote galerij van de Bluecoat zijn twee kunstenaars aan het werk en in een voortdurende dialoog met elkaar. Het is een samenwerking tussen Bluecoat en Jam Factory Art Center in Lviv, Oekraïne. Tijdens ons eerste bezoek zijn ze nog bezig met de opbouw van hun gezamenlijke tentoonstelling, maar enkele dagen later komen we terug voor de opening. Alevtina Kakhidze is een kunstenaar uit Muzychi (in de buurt van Kyiv) en ze is gekoppeld aan Ellie Hoskins uit Liverpool. Beiden hebben een voorkeur voor tekenen, en vinden elkaar in een lichte humoristische kijk op het leven. Het resultaat van hun samenwerking uit zich vooral in illustratieve wandtekeningen waarin ze de ‘tardigate’ introduceren, een micro-organisme dat een 1000 maal hogere nucleaire straling aan kan dan de mens, en goed bestand is tegen vijandige indringers. Hoskins heeft het diertje in een enorme roze sculptuur getransformeerd terwijl Kakhidze de fantasie iets meer ruimte geeft in haar wandtekeningen.
Ondanks hun werkperiode van twee weken ter plekke is het niet tot een volledige samensmelting gekomen en presenteren zij hun werk in afzonderlijke zalen. Voor Kakhidze is de aanwezigheid van vijandige Russische indringers in haar thuisland natuurlijk een sterker beladen aspect in relatie tot hun gekozen overlevingsthema. En dat zien we dan ook terug in haar aandeel in de tentoonstelling. Goed en kwaad wordt met vlaggetjes aangeduid en in haar schilderingen voeren ook plantjes een felle strijd met elkaar. Ondertussen verbaast zij zich in Liverpool over het vriendelijk karakter van het plaatselijke rode stoplicht. De figuren in Hoskins tekeningen verbazen zich helemaal nergens meer over en lijken in hun onverschilligheid al meer dood dan levend. In de dialoog tussen de twee staat de Oekraïense wilskracht tot (over)leven tegenover het Britse landerige gevoel van stagnatie en uitzichtloosheid.
Liverpool Cathedral
Een ander in het kader van het Eurovisie songfestival uitgevoerd Oekraïne project wordt gepresenteerd in een van de twee grote kathedralen die Liverpool rijk is. In het midden van het enorme langgerekte Anglicaanse kerkgebouw is de installatie ‘Izyum to Liverpool’ van de Oekraïense kunstenaar Katya Buchatska te zien. In deze multi-channel video-installatie dat zich over 2 x 6 tegenover elkaar geplaatste videoschermen afspeelt, reizen we met met een treinreis dwars door Oekraïne. We reizen in real-time van oost naar west en zien het uitzicht aan weerszijden dankzij twaalf camera’s die Buchatska in een gehuurd treinstel achter de ramen heeft geplaatst. De opnamen vond nog geen twee maanden geleden plaats. Dit is een reis die vele Oekraïners hebben afgelegd om een veilig heenkomen te zoeken.
Hoewel er visueel weinig opmerkelijks gebeurd en het uitzicht niet bijzonder is, is het is een indringend beeld dat geweldig uitpakt in deze gewijde hal. Het nodigt uit tot bezinning en stilte, en stelt terechte vragen over afstand en nabijheid. De installatie doet de kathedraal veranderen in een treinstation en het beïnvloedt de blik op de mensen die in de kathedraal rondlopen. Tijdens ons bezoek rijdt de trein door de nacht en stopt het op veelal lege stations, waar een enkeling een sigaret rookt of de weg zoekt. Dat is niet erg, maar omdat we meer willen zien, keren we er een paar dagen later nog eens naar terug in de hoop dat het dan dag zal zijn. Maar we hebben pech, het zon schijnt ook tijdens ons tweede bezoek niet. Het illustreert de uitzichtloosheid van hen die op dit moment in Oekraïne zelf, wachten op het licht aan het einde van de tunnel. Wij hebben toch geluk.
Museum of Liverpool
Een kleiner verhaal vinden we in het Museum of Liverpool. Daar is een inmiddels verdwenen joodse slagerij gereconstrueerd in het project Galkoff’s and the Secret Life of Pembroke Place. Althans, de groene keramieken tegels van de gevel zijn hersteld en de gevel is in het museum heropgebouwd. Kunstenaar en dichter Sophie Herxheimer werd erbij gehaald om de verhalen rond dit stukje joodse geschiedenis in Liverpool op te tekenen. En dat heeft geleid tot een mooie serie tekeningen waarin allerlei eigenaardigheden rond de slager zijn vastgelegd. Zo begrijpen we dat de slager vanuit een dorpje in Polen naar Liverpool trok zonder een woord Engels te spreken, en daar zonder enige kennis van zaken een koosjere slagerij begon. Inmiddels hebben zijn worstjes een lokale cultstatus en is zijn zaak een landmark voor wie met de bus naar het centrum rijdt.
Open Eye Gallery
In de buurt van Museum of Liverpool is ook Open Eye Gallery te vinden dat samen met Outlook Gallery (helaas gesloten tijden ons bezoek) de enige zelfstandige galeries in Liverpool blijken te zijn. Open Eye Gallery richt zich geheel op fotografie en heeft ook een serie tentoonstellingen over Oekraïne op het programma staan, die op verschillende locaties worden getoond. Maar daarvoor zijn we net te vroeg. Wij doen het daarom met de huidige tentoonstelling, waarin jonge fotografen hun eerste schreden zetten op het pad van de fotografie en teruggrijpen op bekende thema’s zoals de straat, de uitgaanscultuur en de eigen directe omgeving.
International Slavery Museum
Zoals eerder aangestipt is de rol van Liverpool in de trans-Atlantische slavenhandel enorm. Het is niet zo dat het wordt ontkend, maar tijdens onze bezoeken aan reguliere musea komen we er nog niet heel erg veel over te weten. Al snel wordt er voor meer informatie doorverwezen naar het Slavernij Museum. En zelfs daar wordt relatief weinig concreets over Liverpool in relatie tot slavernij verteld. Het museum heet dan ook ‘International Slavery Museum’ en het is gevestigd in hetzelfde gebouw als het Maritiem Museum. Op de gevel van dit voormalige pakhuis (dat direct verbonden is met de op slavernij gebaseerde suiker- en katoenhandel) prijkt alleen de naam van het scheepvaartmuseum. Voor het slavernijmuseum moeten we met de lift naar de vierde verdieping. Het grootste deel van de tentoonstelling is gewijd aan het algemene verhaal over slavernij. Op een kleine tijdelijke banner komen we te weten dat er nog een tiental straatnamen in Liverpool gewijd zijn aan plantage-eigenaren en anderen die zich actief met slavenhandel hebben bezig gehouden. Boldstreet is zelfs een van de bekendste uitgaansstraten in het Ropewalk district, en Mr. Bold was bepaald geen frisse jongen: eigenaar van een suikerplantage, slavenhandelaar, burgemeester en mede-eigenaar van een bank. Maar dat is tot nu onvoldoende reden om nu eens iemand anders te eren in deze populaire straat.
Desondanks probeert het museum haar collectie wel te verrijken met hedendaagse kunst waarin het onderwerp op een scherpere wijze wordt geproblematiseerd. Sinds 2014 worden er werken aangekocht die een nieuw licht laten schijnen op deze geschiedenis. Inmiddels zijn er meer dan 40 werken verzameld van kunstenaars die zich verbonden voelen met het thema, en een deel van die collectie wordt tentoongesteld in een aparte helder verlichte ruimte aan het eind van de route. De kunstopstelling kan echter nog wel wat aantrekkelijker en meer binding krijgen met de rest van het museum, dat net als de andere stedelijke musea in Liverpool goed bezocht wordt omdat er geen entree wordt geheven. In alle musea zien we zowel schoolklassen als families met kinderen, uit alle lagen van de bevolking. Iets dat met het heffen van een entreeprijs waarschijnlijk veel minder het geval zal zijn.
Tate Liverpool
Tot slot bezoeken we het internationaal bekendste museum van Liverpool (oh nee, dat is natuurlijk het ernaast gelegen Beatles Museum, waarvan de entree al zo onaantrekkelijk is dat we het gemakkelijk kunnen negeren). Tate Liverpool is een van de vier vestigingen van Tate in het Verenigd Koninkrijk en ook hier blijkt de vaste collectie gratis toegankelijk. Alleen voor de tijdelijke tentoonstelling moeten we een kaartjes kopen. In het Royal Albert Dock drijft een opblaas-aardbol van Luke Jerram, een kunstenaar van wie we al zo vaak op andere plekken een opblaas-maan in allerlei formaten hebben gezien. De kunst is daar nu wel zo’n beetje van af gekeken, lijkt me. Maar ja, het is Eurovisie, dus dan hoort het er weer bij. Elders in de stad staan ook opblaasvogeltjes die verschillende Oekraïense regio’s vertegenwoordigen en een folkloristisch deuntje kunnen laten horen. En ‘s avond geven ze natuurlijk licht. Tegenover het Lime Street treinstation is ook de nodige citydressing opgetuigd om een lelijke parkeergarage aan het zicht te onttrekken. Elke dag wordt de stad iets onzichtbaarder. Op onze laatste dag in Liverpool zien we hoe St. George’s Park, het enige stukje groen in het centrum, met (tevens groene) schotten wordt afgezet en van de stad wordt afgepakt, ten behoeve van een van de besloten Eurovisie feestjes.
In het museum beginnen we op de tweede verdieping bij ‘Journeys through the Tate collection’, waarin onderwerpen als migratie, kolonialisme en internationale uitwisseling aan de orde komen. Ondanks het actuele thema zijn hier ook nogal wat werken te zien die al vele decennia geleden zijn gemaakt. Veel kunstenaars ken ik nog niet, hoewel er ook een aantal bekende namen tussen zitten, zoals Anish Kapoor. Centraal in de ruimte hangt ‘Armada’ een verzameling van 45 boten die door Hew Locke zelf uit allerhande materiaal zijn vervaardigd. De hele vloot vaart op schouderhoogte voorbij.
De tentoonstelling loop vrijwel naadloos over in de tentoonstelling ‘Democracies’ op de eerste verdieping waarin Tate de internationale diversiteit van haar collectie toont. Daar loop ik tegen ‘Condition Report’ van Glenn Ligon aan, een werk waarover ik eerder heb geschreven, toen we tijdens de Covid-19 pandemie met een aantal redacteuren van Jegens & Tevens een serie thematische artikelen hebben schreven die bij elkaar als tentoonstelling kunnen worden opgevat. Dit werk was mijn antwoord op het thema ‘BOTSING’. Mooi om het werk van Ligon nu hier terug te zien.
Verderop in de zaal zie ik twee suppoosten bij een videowerk staan die rondom een pilaar is opgesteld. In hun zwarte Tate-outfits trekken ze mijn aandacht. Samen vormen ze al bijna een sculptuur in de ruimte. Dichterbij gekomen neem ik tegelijkertijd kennis van de door de suppoosten uitgevoerde ‘performance’ en het videowerk, waarin de Braziliaanse kunstenaar Paulo Nazareth achterwaarts rondjes loopt rond The Tree of Forgetting. De oorspronkelijke boom staat in Ouidah in Benin, dat een van de belangrijkste havens was van waaruit tot slaaf gemaakte mannen en vrouwen werden verhandeld en verscheept. Deze mensen werden geacht zeven maal rond de boom te lopen om zich te ontdoen van huun Afrikaanse herinneringen.
Nazareth herhaalt dit ritueel achterwaarts op vier plekken van vertrek en aankomst vanuit het verlangen de tijd terug te draaien. Wanneer de suppoosten mijn aanwezigheid bemerken, betrekken ze mij direct in hun gesprek. De man werkt al lang in Tate Liverpool en heeft veel over het werk te vertellen. De vrouwelijke suppoost werkt hier pas een. jaar en leert nog elke dag nieuwe feiten bij de werken. Bij de video in Benin heeft ze een geitje in het beeld ontdekt dat ook rond de boom loopt en opeens opduikt en weer verdwijnt. Iets dat de ervaren suppoost nog niet eerder heeft opgemerkt. Het wordt een amicaal gesprek, waardoor dit werk een belangrijk en onvergetelijk onderdeel wordt van mijn bezoek aan Tate. Ik ben vergeten te tellen hoeveel rondjes ik zelf rond de pilaar heb gelopen.
Aan het eind van de verdieping komen we in een depotopstelling die blijkt te zijn samengesteld door kinderen van basisscholen uit LIverpool. In ‘Ideas Depot’ komen we veel oude bekenden tegen zoals Martin Parr, Paul Klee, Slavador Dali, El Lissitsky, een steen van Fischli and Weiss en ‘Vragende Kinderen’, een houtcollage van Karel Appel.
‘Dark Waters’ is de enige tentoonstelling waarvoor we ons ticket nodig hebben. Hierin worden schilderijen, tekeningen en schetsboekjes van William Turner getoond. Kunstenaar en muzikant Lamin Fofana heeft een soundscape bij de tentoonstelling gemaakt die vanuit alle hoeken te horen is. Af en toe drijft er een bekende melodie voorbij zoals de Rivers of Babylon van Boney M, echter dermate vertraagd dat het volledig opgaat in de andere geluiden en in de schilderijen. De abstracte zeegezichten van Turner kennen we natuurlijk al, maar het zijn hier vooral de kleine schetsboekjes die intrigeren. Deze kleine tekeningetjes kennen een grotere diversiteit dan de schilderijen en bevatten zowel minuscule tekeningetjes van schepen op het strand tot hele abstracte vlekken en vegen, mooi bij elkaar gebonden in een stevig boekje.
Uiteindelijk bereiken we de begane grond waar ‘Love Story’ van Candice Breitz te zien is. Dit videowerk hebben we al eerder in 2019 gezien bij West Den Haag, maar het is dermate uitvoerig materiaal dat we er gerust nog een keer opnieuw naar kunnen kijken. In het licht van de ontwikkelingen rond acteur Alec Baldwin, die in 2021 tijdens filmopnamen op de set een cameravrouw doodschot omdat zijn filmpistool geladen bleek, krijgt zijn rol in dit project een ongemakkelijke lading.
In Love Story zien we hoe Alec Baldwin en Julianne Moore als professionele acteurs zes reële vluchtelingenverhalen vertellen. Ze spelen de verschillende verhalen fragmentarisch door elkaar, en in de gesprekken wordt ook de kunstenaar/cameravrouw Candice aangesproken. Na het zien van deze beelden kunnen we in de tweede zaal de hele verhalen van de vluchtelingen horen door henzelf verteld. De installatie is zeer gelaagd en het incident met Alec Baldwin voegt daar nog een nieuwe laag aan toe. Hoe geloofwaardig is een acteur ten opzichte van een vluchteling? En wat als we weten wat de waarheid is, veranderd dat iets aan onze perceptie? In de tweede ruimte kies ik in eerste instantie voor het verhaal van de atheïst die Somalië moest verlaten om zijn leven te redden. Ik vermoed omdat hij de enige is die zijn verhaal incognito verteld en daarmee ook een soort acteur wordt in zijn eigen verhaal. Met dezelfde zonnebril als Baldwin in zijn rol als hem. Het is de kunstmatigheid die schuurt met de werkelijkheid en daarmee ook vragen stelt over de waarde van kunst ten opzichte van de realiteit.
Voor wie naar Liverpool wil… ik zou nog even wachten. Eurovisie is snel weer voorbij. Op 12 juni begint de Liverpool Biennial 2023 – uMoya: The Sacred Return of Lost Things. Dan begint het feest van de kunst en deze duurt tot en met 17 september 2023. Tate Liverpool sluit in oktober haar deuren voor een verbouwing.