Post-Corona met kunstenaar Midas Zwaan
Post-Corona: een serie interviews met kunstenaars die terugkijken op de coronaperiode in 2020. We gaan verder met een interview met Midas Zwaan. Het coronajaar 2020 viel voor hem samen met een periode van verbouwen, opruimen en opnieuw beginnen. ‘Voor mij kwam het eigenlijk perfect uit.’
Je hebt in 2020 je atelier naar Lisse verhuisd. Hoe ging dat?
Ik had hier al een opslag. Toen de eigenaar wegging, heb ik het overgenomen. Heel lang werkte ik vanuit mijn huis in Hoofddorp. In de woonkamer, schuurtjes, in de tuin, ik werkte overal en nergens. AVRO/Tros kunstuur [rond 19e minuut, red.] was ook nog langsgeweest in mijn huis, het stond helemaal vol natuurlijk.
In dit nieuwe atelier wil ik het zo regelen dat je een tas boodschappen mee naar binnen kunt nemen, zodat je kunt koken, slapen en zonodig doorgaan als het moet. Een plek waar je je helemaal terug kunt trekken.
Waar andere mensen de coronaperiode ervaren als een verloren tijd, is het voor mij dus een inhaalslag. Ik heb honderd vierkante meter in alle rust kunnen verbouwen. En als alles weer gaat draaien, is hier ook alles opgeruimd en ingericht, kan ik weer mensen uitnodigen voor een presentatie van nieuw werk.
Ik zit inderdaad tevergeefs te zoeken naar een paar van je (flinke) kunstwerken.
Het concept van recyclen en kringloop werd steeds groter in de loop der tijd… Het thema van dood en vergankelijkheid werd groter dan ik zelf. Bij de expositie in 2019 bij Frank Taal kreeg ik complimenten van bezoekers die moesten huilen of ontroerd werden. Daar was ik heel blij mee maar toch merkte ik dat het te ver van me af begon te staan. Dan denk je: Blijf ik dit doen of gooi ik het roer om? Ik besloot dat het tijd was om te kijken waar mijn kracht nou ligt. Frank Taal en ik zijn daarna op goede voet uit elkaar gegaan.
Dit alles was wel een grote beslissing. Tien jaar lang heb ik met gevonden spullen gewerkt. Dus kringlopen en marktplaatsen afstruinen – het hele land heb ik afgereden om dingen op te halen. Ik was het best zat dat ik mezelf van alles aan het opleggen was door al die spullen en projecten. Daarnaast voelde ik me paradoxaal genoeg ook wel een grote vervuiler. Je gooit toch ook veel onbruikbare recyclematerialen weer weg.
Ik werk ook als tekendocent in het onderwijs en als je na de zoveelste keer vakantiegeld en dertiende maand in je kunst stopt, denk je: dit moet anders… Je moet ook leven!
Vlak voordat het coronavirus uitbrak, stond het hier nog helemaal volgestapeld. Op een gegeven moment neem je afscheid van je oude kunstwerken. Ik heb er toffe tentoonstellingen mee gehad en dat was mooi.
Ook heb ik enorm veel spullen teruggebracht naar de kringloop… ik denk wel zes bestelbusjes vol. Ze waren reuze blij natuurlijk… Je bent altijd welkom! zeiden ze. Nee, ik ben nu genezen, zei ik.
Daar zie ik nog een doos met zeepjes.
Ik heb nog wel een paar rariteiten die me inspireren. Zo vond ik een keer een zakje met hotelzeepjes in de kringloop, miniatuurzeepjes. Dat ene zakje inspireerde tot vele andere zakjes.
Op Marktplaats zocht ik contact met mensen die zelf miniatuurzeepjes verzamelden. Waaronder een dame die haar hele leven miniatuurzeepjes had verzameld. We hebben haar hele zolder leeggetrokken – er kwam een gigantische berg van af en het rook heel penetrant naar oude stoffige zeep.
Sommige zeepjes heb ik ingelijst en dan zie je de logoverandering van de jaren vijftig tot nu. Nu ga ik meer kijken naar de pasteltinten van de zeepjes zelf, en ben ik benieuwd of ik daar iets uit kan halen.
Ik heb ook onderzoek gedaan naar zeep. Vroeger werd er veel gebruik gemaakt van dierlijke vetten. Sommigen zijn juist heel chemisch. Laatst kreeg ik er zelf nog een allergische reactie van. Nu maken we meer zeep op natuurlijke basis maar dat was vroeger anders.
Passend onderwerp in deze coronatijden waarbij je je handen ‘stuk’ moet wassen met zeep.
Ja, dat is echt toeval! Ik had voor corona al een hele lijst gemaakt, waarvoor gebruik je zeepjes eigenlijk? Er zit zoveel in zo’n zeepje: het is ergens geweest, het heeft gereisd, mensen hebben het meegenomen. Er zitten geschiedenissen achter.
Ik heb wel een fascinatie voor zulke gebruiksartikelen. Daar zie je nog een krat met gebruikte vingerhoedjes. Misschien geef ik mezelf een cursus cadeau en ga ik ze in het groot namaken. Of doe ik een fotopresentatie over de kwetsbaarheid van een vingerhoedje. Gebruikte wandelstokken zijn een ander ongoing project. Omdat ze bij het klussen hier onder het stof kwamen, heb ik ze nu tijdelijk in kratten opgeborgen. Dat zijn er een stuk of 900. Als ik er een stuk of 1000 heb, wil ik er ook een presentatie van maken.
Heb je het in de coronaperiode gemist om een beetje met gelijkgestemden te kunnen sparren?
Ik mis het wel of even weg te gaan en inspiratie op te doen… Maar als kunstenaar zijnde ben je al veel op jezelf, alleen in je atelier, op jezelf teruggeworpen. Voor mensen die in zorginstellingen wonen, verandert er ook niet zoveel, dat was toch al hun leven. Veel mensen vergeten dat veel andere mensen voor corona al leefden in die beperking, die geen berg aan sociale contacten hebben, die niet altijd kunnen feesten of reizen. Als kunstenaar behoor je in principe ook tot die groep. Je bent toch op je atelier… Waar ben je anders? Dan kun je geen kunst maken.
Jij bent geloof ik niet door corona diep in het digitale gedoken?
Ik hou niet van videocalls, dat doe ik voor mijn lessen al genoeg, en niet van social media. Mijn website is zelfs uit de lucht. Om de paar jaar doe ik wat anders. Studiomidas, Midaszwaan, whothefuckismidaszwaan… Mijn volgende website heet studiodreamland.nl, maar die is nog in ontwikkeling. Bij een vriendinnetje thuis kluste haar vader op zolder. Hij had dat bordje ‘Dreamland’ op de deur, zelf gefiguurzaagd. Ik vroeg: ik zou heel graag dat bordje op mijn atelier willen schroeven, mag ik dat meenemen? Dat mocht en het hangt nu hier aan de deur. Creëren waarvan je droomt, het onmogelijke mogelijk maken…
Dromen zijn…
[lachend] Bedrog!