Het leven van een meeuw in Panorama Mesdag

Daar staat ie dan, middenin een donkere kamer in het museum Panorama Mesdag. Een reusachtige, stoffen cilinder, gevuld met meeuwen. Over klonen van digitale meeuwen en Mesdags stille invloed achter de schermen.

Hoe te beschrijven? Niet eenvoudig. Toch een poging. Een mooie cilinder, 360 graden rond, smaller wordend naar de onderkant toe als een trechter, gevuld met hemelsblauwe lucht, overal meeuwen rondcirkelend, soms eenzaam hoog in de hemel zwevend, soms in duikvlucht, soms in groepjes achter elkaar.

Ze vliegen even gezapig rond als de echte meeuwen, maar hun wereldje is een stuk kleiner en onechter, als een soort meeuwenversie van de film The Truman Show. Deze meeuwen hoeven niet achter vissersboten aan te vliegen of leftovers van zakjes friet naar binnen te werken. Sterven kunnen ze ook niet. Een voordeel is dat hun ontlasting ook afwezig is.

In het donker in Panorama Mesdag blijkt Continuüm een mild, vriendelijk, haast therapeutisch werk te zijn.

Het aardige is dat het werk de kijker net zo vrij laat als een gewoon panorama. Er is geen verhaal dat je hoeft te volgen, geen boodschap die je moet begrijpen, geen poging om je zintuigen aan te vallen.

Je hoeft er zelfs niets van te vinden. Een beetje zoals de echte natuur.

(Foto: Continuüm © Ed Jansen)

Gepuzzel

Zeger Reyers en Pietertje van Splunter (tezamen Collectief Broos) wilden aanvankelijk een ‘ultiem panorama’ maken, denkend aan het hemels gewelf van James Turrell te Kijkduin, en natuurlijk Mesdags eigen Panorama.

Maar dat is nog niet zo makkelijk gemaakt. Wat is een ultiem panorama precies? En hoe maak je dat? Na veel gepuzzel kwamen ze uit bij een doorzichtig cilinder. ‘Je kijkt er naar binnen in plaats van naar buiten.’

In een tijdperk waarin films grotendeels in een studio met een groen scherm worden gemaakt, is het niet raar als kunstenaars zelf ook de hulp van een gameprogrammeur (Rob Bothof) hebben ingeroepen voor het ontwerpen van de meeuwen. Een meeuw werd digitaal gemaakt en vervolgens zelf gekloond, driehonderd keer, en via een computersimulatie vliegen ze min of meer ‘vrij’ door de cilinder, tijdens deze expositie geen moment in dezelfde situatie.

Het leven van een meeuw in Panorama Mesdag
De drie kunstenaars. Vlnr: Gerco de Ruijter, Zeger Reyers en Pietertje van Splunter © Ed Jansen

Maar meeuwen laten rondvliegen op een bol scherm van 360 graden is geen sinecure, had Bothof van tevoren al gewaarschuwd. Hier en daar klopt het perspectief ook niet helemaal.

Maar dat is geen smetje, denk ik, want de knipoog van het werk zit hem wat mij betreft juist in het feit dat het doet denken aan hoe men ruim een eeuw geleden dacht over techniek, toen de esthetische kant nog net zo van belang was als de praktische kant.

Apparaten uit die tijd zijn vaak formidabel om te zien, zoals deze verfspuitbus, rekenmachine of naaimachine bewijzen, net als ‘praktisch’ bedoelde gebouwen vaak kunstwerken zijn, zoals Gare d’Austerlitz (1870) of het Palmenhuis van Kew Gardens (al van 1850).

 

Het leven van een meeuw in Panorama Mesdag
Continuüm in het donker © Jesse Budel

Afstoffen

Digitaal oogt het werk vreemd genoeg niet, eerder analoog. Het lijkt zelfs een beetje alsof het apparaat ergens na honderd jaar in een kelder is teruggevonden, een geheime machine waar niemand van wist, afgestoft, weer aangezet, klik, rrrrttt, draaien maar.

Geen wonder, die associatie, want het statief waar de cilinder in hangt is in feite een reuzenversie van Mesdags eigen statief, vanwaar hij aanwijzingen gaf aan medewerkers ten tijde van het panorama (in 1881 geschilderd). En Mesdag gebruikte zelf de cilinder (zie deze uitleg op Wikipedia).

Een ironisch retro-apparaat dat de klok van de moderne techniek, met behulp van diezelfde moderne techniek, honderd jaar wil terugdraaien; waar Mesdag fotografie gebruikte om schilderend tot realisme te komen.

Ik begrijp die hang wel. De creatieve oplossingen van Georges Méliès, een van de eerste cineasten, zijn ook bijvoorbeeld leuker om te zien dan om het even welke perfect ogend superheldenspektakel van tegenwoordig. En zo is Mesdags gezichtsbedrog leuker dan realistische virtual reality decors.

Het leven van een meeuw in Panorama Mesdag
Zonder titel (Melissant) 2010

Zelf voor meeuw spelen

Een link van het tweetal naar het fotografische werk van Gerco de Ruijter is snel gelegd. De Ruijter imiteert feitelijk een van de meeuwen, met een camera aan een vlieger, ongeveer dertig meter hoog. Het is niet letterlijk wat een meeuw ziet, maar het scheelt niet veel. De camera moet hij wel na elke foto met een katrol ophalen om een nieuwe foto te kunnen maken. Soms valt er wel eens een camera in het water.

Foto’s zonder centraal perspectief, zonder echte horizon, laten je ogen meer dwalen dan normaal. Er is niets geknipt en geplakt, een beeld is een negatief, en toch komt er een wonderlijke textuur op de foto’s zodat je ze even van de zijkant gaat bekijken of er misschien toch niet stiekem een reliëf in is verwerkt.

Zijn film van een lange weg met populieren (Ringdijk) is al even indrukwekkend. Plak een fisheyecamera op het dak van een auto en je krijgt dit pure effect – een weg zonder auto’s, detonerende hekjes of wandelaars met felgekleurde rugzakken.

Het leven van een meeuw in Panorama Mesdag
Ringdijk © Ed Jansen

Het zijn de perspectieven waar hij mee speelt. In zekere zin legt hij een verdraaiende lens over de werkelijkheid. Het is het spel met de werkelijkheid zodat dingen interessant worden. Maar dat wist Mesdag zelf natuurlijk ook al.

De expositie duurt nog tot 2 oktober 2016. Zeger Reyers’ videowerken Vuurtoren en Drumstel zijn ook te zien.