verhaal (2 november 2020) – film
met Michelangelo Antonioni, Angelo Morbelli en Renato Guttoso
Het schrijven van een verhaal is een eigenaardige gebeurtenis. In mijn geval al helemaal. Ik ben wakker geworden, en met grote tegenzin opgestaan. In bed voelde ik mij een gerustgesteld kind, buiten bed een niets begrijpende onbenul. Ik ben gaan pissen, heb koffie gezet en zit nu een etage lager in de woonkeuken. Met m’n rug naar de tuin. Ik kijk, als ik vooruit kijk, zie ik de trap naar de woonkamer op de eerste etage. Die woonkamer kijkt weer naar de tuin. Als je een denkbeeldige cirkel zou trekken, zou je via de trap, het uitzicht en de tuin, weer bij mij aan tafel belanden.
Zo, de cirkel is beschreven, en het begin van dit verhaal voltooid.
Hoe nu verder?
Verder, steeds verder, steeds verder weg. Oh, mijn God, hoe lang geleden ging hij nou ook alweer weg? Ik was nog jong. Erg jong, ik kon hem nog niet missen. Wat moest ik zonder zijn humor? Wat moest ik zonder zijn gevatte repliek op de dingen? Hoe moest ik mij alleen verweren tegen de wereld?
Een schreeuw. Een vrouwenstem schreeuwt: ‘Aldo!’ Maar het is te laat, een seconde later ligt hij dood aan haar voeten. De film is voorbij.
Welke film? Die film van lang geleden, van gisteren of van morgen? Die film van de vurige onschuld van de jeugd, of de film van de boze gelatenheid van de oude dag?
Il Grido, een zwart-wit film uit 1957 van Michelangelo Antonioni (1912-2007). Met deze film won hij de eerste prijs op het filmfestival van Locarno. Diep onder de indruk van dit meesterwerk verliet ik het filmhuis.
Een jonge man trekt de wijde wereld in. Vol verwachting klopt zijn hart. Dat hart had zich moeten losrukken uit zijn vertrouwde omgeving, zijn familie, zijn gezin. Zijn kleine zus wilde hem niet loslaten. Dapper, maar alleen, waagt hij de sprong.
In Il Grido slaat een man, in de kracht van zijn leven, aan het zwerven. Hij verlaat zijn huis en dorp, samen met zijn zeven jaar oude dochtertje Rosina, nadat zijn vrouw Irma aangekondigd heeft dat zij weggaat omdat er een ander is, maar zij verzwijgt dat ze zwanger is. Ze leven aan de oever van de modderige Po, ze zijn niet rijk, maar hebben een huis en elkaar. Na een wanhopige woede-uitbarsting tegen zijn vrouw verlaat hij, met z’n kleine meid, zijn huis en het dorp. Het gezamenlijk zwerven langs de rivier neemt een aanvang, op zoek naar werk, op zoek naar het ‘verloren’ leven. Op zoek naar rust.
De zus heeft haar, toen nog zo jonge, maar toch oudere broer, nooit meer gezien. Zijn brieven zijn opgeborgen in een doos. Af en toe opent ze die doos, en leest en paar van die brieven. En ze bekijkt die paar foto’s. Op één daarvan likken zij beiden aan een ijsje.
In de film soppen de vrouwen op hun hakken door bergen blubber. Dat monster van natte klei zuigt zich aan hen vast, maar ze verdragen het, want ze gaan dansen, en dan moet je er mooi uit zien. Wellicht ontmoeten ze dan vanavond hun grote liefde..
Van romantisch toerisme in prachtige steden aan de Po, zoals Turijn, Cremona, Ferrara, of Mantua, even ten noorden van die rivier, is nog nauwelijks sprake. En van massaal toerisme van overal naar nergens al helemaal niet. Armoe troef daar in die Po vlakte in de vijftiger jaren. Maar dat wisten we al van de film Bittere Rijst (1949) met Silvana Mangano (1930-1989) in de hoofdrol, en Giuseppe di Santis (1917-1997) als regisseur.
In het boek Italian Food van Elisabeth David vindt je een afbeelding van een schilderij met rijst plantende vrouwen in de Povlakte. Op die rijstbouw, daar langs de Po, is de film Bittere Rijst gebaseerd. De schrijnende armoede onder de bevolking, en de opstand onder de vrouwen om verbetering van hun onhoudbare werkomstandigheden en zéér schraal loon af te dwingen, is het onderwerp van die film. In het beroemde, prachtig geïllustreerde, kookboek van Elisabeth David tref je het aan, het is van Angelo Morbelli (1853-1919). Je ziet daarop een rij, in het water staande, rijst plantende vrouwen. Ze staan met hun rug naar ons toe. Aan de bovenrand van het schilderij, linksboven, aan de andere kant van het veld, bevindt zich eveneens een rij plantende vrouwen, maar dan met hun gezicht naar ons toe. Maar niemand kijkt ons aan, gebogen doen zij hun werk. Een duidelijk sociaal bewogen schilderij. De titel van het schilderij (1895) is: ‘for eighty cents’. Dit schilderij is een uitzondering in dit beroemde kookboek, voor de meeste andere afbeeldingen geldt dat het vooral fabelachtige uitstallingen van schitterend voedsel zijn groente, fruit, vis en vlees en drank, te kust en te keur. Van Romeinse mozaïeken uit de Oudheid, fraaie miniaturen uit de vroege Middeleeuwen, Barokke dramatische werken gevuld met wonderlijke overdadige voedsel’torens’ tot en met kunstwerken vol aanlokkelijkheden uit de eerste helft van twintigste eeuw (het boek werd oorspronkelijk in 1954 gepubliceerd).
In dit boek vindt je ook een verrukkelijk schilderij van Renato Guttoso (1913-1987), waarop een meisje is afgebeeld, dat met vuurrode wangen van verzaligd geluk aan een ijsje likt. Een klein, prachtig schilderij over simpel alledaags menselijk welbevinden.
Een lust voor het oog
Het boek loopt met me mee, als ik in de richting loop van de onbeschrijfelijke armoede die je in films van vroeger, en de werkelijkheid van nu aantreft.