het resort – nomadisch Gronings kunstinitiatief tijdens de lockdown
De coronacrisis heeft de spelregels veranderd; van de kleinste handelingen tot de grootste ruimtes; alles wordt onderzocht en opnieuw gedefinieerd. Terwijl dit voor de meesten een hele omschakeling is, is het voor enkele anderen de normaalste gang van zaken. Kunstinitiatief het resort te Groningen is niet anders gewend dan zichzelf en alles om hen heen opnieuw te definiëren. Dankzij een projectmatige manier van werken, in combinatie met een nomadisch bestaan, staat niets volledig vast en staat alles open voor een kritisch debat. Karina Bakx en Ellen de Haan vormen samen de directie van het resort. We spreken met hen over de laatste ontwikkelingen.
Bakx en De Haan scannen regelmatig de omgeving van Groningen af op zoek naar een plek die past bij het type programma dat ze willen maken. In gunstige en ongunstige omstandigheden wordt gekeken hoe kunst zichzelf staande kan houden in semi-publieke ruimtes. Bij elke nieuwe locatie worden drie kunstenaars uitgenodigd die de beschikking krijgen over een werkplek, een honorarium en een expositieruimte.
Opvallend aan jullie manier van werken is niet alleen de fascinatie voor semi-publieke plekken maar ook de totaalervaring die jullie bieden met residenties en bijbehorende evenementen. Jullie klinken niet zozeer als organisatoren maar meer als kunstenaars wanneer jullie het over jullie programma’s spreken.
Karina Bakx. “Ja, in een eindjurering werd ons project als ‘totaalproject’ benoemd. Dat komt omdat we als organisatie niet alleen een ruimte programmeren maar ook als kunstenaars kijken naar het organisatieproces zelf. We hebben een eigen doelstelling en belang bij alles wat we organiseren. Ik ben opgeleid op de kunstacademie met het idee dat wanneer ik een schilderij naast het stopcontact hang, dat het stopcontact ook invloed heeft op de manier waarop je het kunstwerk ziet. Op die manier benaderen we ook een expositie. We kijken naar het grote plaatje en tegelijkertijd houden we heel erg vast aan het kernconcept waarin de details belangrijk zijn. Zoals in een film elk object heel bewust op die ene specifieke plek staat en niet anders.”
Ellen de Haan. “We laten de kunstenaars volledig vrij in wat zij kunnen doen, maar we scheppen van te voren wel enkele voorwaarden. Dat doen we met het idee van: we zitten op deze locatie, we werken site specific en dat kan en mag de kunstenaar zelf zo breed trekken als hij of zij wil.”
K.B. “Maar tijdens de residentie zijn ze ook echt helemaal vrij. Wij breien om de kunstenaars en hun werk heen. Alles wordt zo georganiseerd dat het de projecten ten goede komt. Dus we zijn dienstbaar aan de kunstenaars maar aan de andere kant bepalen wij wel de hele setting. De omgeving waarin je kunst presenteert doet altijd mee in de manier waarop de kunst op het publiek overkomt. Maar dat is niet anders dan bij een museum. Het Groninger Museum is bijvoorbeeld ook heel dwingend door haar architectuur. Het heeft geen ramen en daardoor nauwelijks contact met de buitenwereld. Daarnaast gebruikt het hele felle en specifieke kleuren die ook speciaal voor dat museum ontworpen zijn. En bij Museum Kröller-Müller kijk je altijd uit op de natuur. Het museum bestaat alleen maar uit ramen en dat kun je ook niet los zien van wat je er in zet. Dus hoewel het een onderdeel is van onze unieke aanpak is het tegelijkertijd ook nooit anders geweest.”
Waar komt de terminologie (‘episodes’ en ‘seizoenen’) uit jullie programmatitels vandaan?
K.B. “We gebruiken de Torrent taal van internet om onszelf als een wat jonger initiatief te definiëren. Daarnaast weet je met een titel als S01E01 precies welk gedeelte van het verhaal je te pakken hebt. Het is wel grappig dat je soms hoort dat de wat oudere generatie het niet zo makkelijk kan lezen. Die hebben zoiets van: ‘Dat is zo onduidelijk bij jullie dat s-nul-één-nul-dat’. Dat duurt soms even voordat ze het doorhebben. Maar een episode is uiteindelijk ook niets meer dan een afgerond verhaal binnen een reeks. Elke episode heeft ook haar eigen esthetiek en er wordt er speciaal een soundtrack voor gecomponeerd door een muzikant uit de underground muziekscene.”
Jullie zijn een nomadisch collectief en jullie hebben momenteel voor het eerst voor een langere periode van acht maanden de beschikking over een gebouw toebedeeld gekregen. Wat voor een impact heeft de coronacrisis daarop gehad?
K.B.: “We hebben door de crisis een onderdeel moeten verzetten waardoor we alsnog met een kort programma komen te zitten. Wat dat betreft worden we een beetje gedwongen om bij onze oude leest te blijven. Dat heeft ook te maken met het feit dat het resort ook als concept heeft dat we op alleen op de locatie zelf iets tot stand brengen. We kijken naar de oorspronkelijke functie van de plek en je moet er gewoon zijn en het op de plek zelf ervaren. Dan kan je niet ineens kan besluiten om alles maar te gaan streamen.”
E.d.H.: “Het is natuurlijk wel iets anders wanneer je de crisis gebruikt om weer nieuwe dingen op te zetten want dan kan juist weer wél heel interessant zijn. Om bijvoorbeeld te proberen te bedenken hoe kunst ondanks alle beperkingen en problemen wél verder kan bestaan. Wat kan je dan wel online doen en welke vormen kan je daar voor kunt verzinnen? Dat ís heel erg interessant maar als je al bezig bent met iets anders dan voelt het een beetje gekunsteld. Om het dan zo te vormen dat je het nog een beetje kan meekrijgen … maar ook weer niet echt.”
K.B.: “Als kunstinitiatief moet je wel proberen om altijd een helder concept te hebben. We doen wel residenties, maar alleen op onze manier. Dus het is altijd een fysieke plek in de wereld waar de kunstenaars naar toe gaan om juist op die plek iets te maken. We hadden natuurlijk een online editie kunnen maken maar dan willen we ook echt in een Google Data Center zitten en niet dat je gewoon een online versie van een episode maakt. Dat vind ik niet spannend.”
E.d.H.: “Het moet dan voor ons ook echt ingericht zijn voor de online wereld en hoe je kunst online kunt beleven.”
En hoe gaan jullie nu verder? Met het oog op een eventuele tweede golf of lockdown?
E.d.H: “Het hele programma van dit jaar kan doorgaan no matter what. Zelfs als er nog een lockdown aan zit te komen. Daar hebben we echt rekening mee gehouden.”
K.B.: “Wat we gaan doen is deels een nieuw programma en deels wat al op de planning stond. Sommige dingen hoefden niet aangepast te worden en voor andere dingen hebben we de locatie zo ingericht dat het alsnog door kan gaan. We hebben extra geld van het Mondriaan Fonds gekregen, voortkomend uit de coronasteunmaatregelen en dat hebben we meteen in de vorm van twee nieuwe open call projecten uitgezet. Dit hebben we gedaan om ervoor te zorgen dat het ook rechtstreeks bij kunstenaars terecht komt. Dat is namelijk iets wat aan het systeem van deze steunmaatregelen schort; veel van de maatregelen blijven vaak steken bij instellingen. Het nobele idee is dat het geld vanzelf naar de makers door zal stromen in de vorm van opdrachten maar ondertussen moeten de instellingen natuurlijk eerst hun vaste lasten wegwerken. Dat is begrijpelijk, maar wij dachten; als dat geld bedoeld is voor kleine kunstinitiatieven die dicht het maakproces staan dan moeten wij ervoor zorgen dat het geld ook daadwerkelijk één op één bij de kunstenaars terecht komt.
E.d.H.: “We krijgen ook weer een beetje energie van de crisis, voornamelijk dankzij het oplossen van de problemen die de hele situatie met zich mee brengt. Zo vinden we de publieke ruimte heel interessant, maar wat is nu nog de publieke ruimte? Waar kun je als publiek nog wel kunst zien?”.
K.B.: “Er kwamen zoveel nieuwe spelregels ineens; zowel over de menselijke omgangsvormen als het fysieke domein. Dat zijn hele verregaande dingen en iedereen kreeg als het ware opnieuw een puppycursus. Waar iedereen graag aan meedeed omdat ze alles goed wouden doen. Echter is het wel gevaarlijk omdat mensen ondertussen vergeten wat zij zonder slag of stoot weggeven.
Als je dat vertaalt naar de actualiteit dan zie je bijvoorbeeld dat publieke pleinen wel een terras mogen zijn, maar geen grond mogen bieden voor een demonstratie. Dan wordt er uitgelegd dat de horeca nu een inhaalslag mag maken omdat ze gedwongen gesloten moest zijn. Echter valt dat eveneens te zeggen over de culturele sector maar daar heeft niemand het over een inhaalslag of het toekennen van extra publieke ruimte. Voor het ene geldt wél een verlichte regelgeving en voor het andere niet. Dat terwijl ze eigenlijk een gelijkwaardige staatssteun zouden moeten krijgen. Mede daarom gaan wij nu kijken of er ook kunstenaars zijn die het net zo hebben ervaren. Dat zij ook zoiets hebben van: wij willen eveneens onze eigen dingen kunnen tonen en blijven maken. En wij willen dat graag faciliteren. Wij zijn ook echt benieuwd naar hoe mensen erop gaan reageren.”
Infiltrating Public Space, 6–13 juli 2020, het resort selecteerde een elftal kunstenaars die de publieke ruimte in gaan om deze te bevragen, suggesties te doen en deze (tijdelijk) toe te eigenen. De uitkomsten worden gedeeld in beeld en tekst.
Sauna Summer Take-over, 15 juli – 30 augustus 2020, het resort geeft haar sauna en €1000 weg aan het beste take-over plan deze zomer.