De waanzin nabij
Via een openstaande tralie betreden we een wereld bevolkt met levensgrote poppen. Geamuseerd nemen we een kijkje, maar al gauw voelen we de ongemakkelijke sfeer. ‘Mondo Cane’, vrij vertaald uit het Italiaans als ‘hondenleven’ titelt deze tentoonstelling in BOZAR, Brussel. De poppen van het kunstenaarsduo Jos De Gruyter en Harald Thys vertolken onze maatschappij. Wie zijn wij en hoe gaat het met onze samenleving?
De in Brussel wonende en werkende kunstenaars Jos De Gruyter (°1965) en Harald Thys (°1966) leren elkaar kennen in de jaren tachtig tijdens hun opleiding aan Sint-Lukas in Brussel. Ze maken korte videowerken met trage, monotone dialogen en repetitieve bewegingen van stereotiepe personages, gespeeld door mensen uit hun omgeving. Na verloop van tijd tonen ze daarnaast ook sculpturen, installaties, foto’s en performances. Met hun werk observeren ze de huidige samenleving. Verontrustende relaties tussen mensen, spanningen, somberheid en trauma’s keren steeds terug. Na verloop van tijd maken de acteurs plaats voor poppen. Sinds enkele jaren realiseren De Gruyter en Thys hun poppen met 3D-printers. Daarmee kunnen ze perfect bepalen hoe hun gezichtsuitdrukking en ledematen er gaan uitzien. ‘Mondo Cane’ toont ambachtslui, artiesten of mensen aan de rand van deze samenleving. De helft van de poppen voeren geautomatiseerde, statische handelingen uit. We zien een messenslijper, pottenbakster, spinster, sitarspeler, pizzakneder en een breister aan het werk. Met repetitieve handelingen vervullen ze plichtsgetrouw hun taak. Verder zijn er zombies, artiesten, gekken en marginalen. Daar schrikken we van plotse acties, zoals gezang, het tikken van een stok of een zottin die haar hoofd wild ronddraait. De poppen in ‘Mondo Cane’ zijn veroordeeld tot een eentonig bestaan, waar niet aan te ontsnappen valt. Hoe langer we er rondlopen, hoe meer onbehagen we voelen. Wie zijn deze personages en hoe zijn ze in deze toestand beland? Wat ze ook doen, het zijn één voor één zonderlinge verschijningen. Ze zien er lijkbleek uit en hebben een verwilderde blik. Zijn ze in shock, in trance of verlamd door angst? Ze zijn zich niet bewust van elkaar en kunnen geen verbinding aangaan met hun omgeving. Ze zitten opgesloten in zichzelf.
Condition humaine
Deze ontspoorde poppen van De Gruyter en Thys verwijzen naar de menselijke toestand. Wie is normaal of abnormaal, gezond of ziek? Meer en meer mensen functioneren niet langer in onze samenleving. We willen steeds gelukkig zijn en daar worden we ongelukkig van. Vaste waarden en referentiekaders zijn weggevallen. Wat is onze identiteit en de zin van het leven? We kunnen zo veel kiezen, maar wat willen we? We ontlenen onze identiteit uit sociale interacties. Enerzijds is ons gedrag gericht op samenhang en solidariteit. Anderzijds houden we ervan om autonome en individuele beslissingen te kunnen nemen. In een gezonde maatschappij zijn beiden in evenwicht. In de huidige samenleving voelen veel mensen zich eenzaam en hebben nood aan geborgenheid. We zijn uit op onmiddellijk genot. Daarom kiezen we voor korte, intense belevingen en zoeken we steeds nieuwe prikkels op uit angst voor verveling. In ‘Mondo Cane’ treffen we personages die staan voor stereotiep gedrag. Sommige poppen herinneren aan clichés van ouderwetse vaklui die nog te zien zijn in het Folkloremuseum van Doornik of het Openluchtmuseum in Bokrijk. De afgelopen decennia is er opnieuw waardering voor traditionele ambachten en gaan meer en meer mensen zich er weer op toeleggen omdat het een traagheid en simpliciteit inhoudt in een wereld waar alles zo snel gaat. Dat brengt rust en stilte. Terwijl er in de Belgische cultuursector veel bezuinigd wordt, hoeven folkloremusea niets te vrezen en dat is ook De Gruyter en Thys zeker niet ontgaan.
Betrokken
De Gruyter en Thys zijn met ‘Mondo Cane’ niet aan hun proefstuk toe. In 2019 toonden ze deze poppen al op de Biënnale van Venetië voor hun deelname aan het Belgisch paviljoen. Toen presenteerden ze de ambachtslui centraal in de ruimte en de andere personages in afgesloten cellen achter tralies. Daarmee maakten ze een scheiding tussen de zogenaamde functionerende wereld en de marginalen. De toeschouwer fungeerde als buitenstaander die op veilige afstand toekeek op de curiositeiten. In BOZAR stappen we De Gruyters en Thys’ gecreëerde instelling binnen en lopen we tussen de bewoners. Ambachtslieden of randgevallen staan hier zonder onderscheid door elkaar. Bezoekers die naar hartenlust selfies nemen, passen perfect in het plaatje. Naast mensen die kiezen voor het ambachtelijke, doen anderen niets liever dan zich bezighouden met de virtuele wereld.
Onze nabijheid bij de poppen en deelname aan de installatie werkt uitstekend. Het is veel bevreemdender om ertussen te lopen dan ernaar te kijken. De verstarde blikken en verontrustende personages zijn hilarisch en schrijnend tegelijkertijd. Hoe moeten wij ons gedragen? In welke mate verschillen wij van hun? Zijn we niet allemaal een beetje gek?
De ruimte van BOZAR past perfect bij het werk. De ronde zaal fungeert als een binnenplein met zalen daarrond die erop uitkijken. Een tapijt brengt het geheel samen en schept eenheid en rust naast de bonte verzameling personages. Aan de muren hangen ingekleurde illustratieve tekeningen. Ook hier zien we grappige en zorgwekkende taferelen die herinneren aan vervlogen tijden.
Verhalen
Alle poppen hebben een naam en een biografie die terug te vinden is in een begeleidend tekstboekje. Daaruit blijkt dat ze allemaal iets op hun kerfstok hebben en/of trauma’s opliepen en totaal afgezonderd leven. Door deze beschrijvingen krijgen de personages psychologische diepgang en voelen ze nog menselijker aan. De poppen zijn deels gebaseerd op bestaande personages. Het zijn verdere uitwerkingen van typetjes die al langer in hun werk aanwezig zijn. Aan één kant van het binnenplein bevindt zich een trap naar een klein podium. Daar staat Madame Legrand. Zij gaf als een bezetene Joden aan tijdens de Tweede Wereldoorlog en na de bevrijding iedereen die ze van collaboratie verdacht. Der Schweizer, de sitarspeler behoort op het eerste zicht niet tot het schorem, maar hij is mogelijk de gruwelijkste persoon van allemaal. Hij bracht zijn slachtoffers met zijn melodieën in vervoering en wurgde ze met een snaar zonder gevat te worden voor zijn daden. Wreedheid en zinloos geweld ontstaat als mensen zich geen onderdeel van een groep voelen. Uit de verhalen blijkt dat haast alle poppen een eenzaam, geïsoleerd bestaan leiden en niets met elkaar te maken hebben. Mensen zijn verzot op verhalen. Daar spelen De Gruyter en Thys handig op in. We lezen graag andermans leed en troosten ons zo dat wij het zo slecht niet hebben. Verhalen werken verbindend en zorgen voor identiteit en herkenning door het uitwisselen van ervaringen en gevoelens. Samenhorigheid en geborgenheid is noodzakelijk om zinloosheid en desoriëntatie te bestrijden. Flap en Flop vormen wel een duo. Het gaat om Thys en De Gruyter die zichzelf hebben afgebeeld, weliswaar veel kleiner dan ze in werkelijkheid zijn. We lezen dat ze zwakbegaafd zijn. In de zomer trekken ze met hun bolderkar naar kermissen of jaarmarkten en in de winter verblijven ze in een instelling. Ze houden van moppen tappen maar die zijn zo slecht dat enkel zij ermee kunnen lachen. Met zelfspot tonen De Gruyter en Thys dat ook zij en iedereen deel uitmaken van de maatschappij waar ze kritisch naar kijken. Deze zelfrelativering haalt hun uit de tredmolen en getuigt van gezond verstand. In eerste instantie is de installatie grappig, maar de uitzichtloosheid en de wanhoop die de poppen uitstralen, maakt het tot een tragisch en aangrijpend geheel. Het is een bizarre wereld met een hoop ellende. Toch vinden De Gruyter en Thys de juiste balans tussen humor en tragedie, zonder in cynisme of moraliteit te vervallen. Zolang we er kunnen mee lachen, relativeren we en zijn we toch zo gek nog niet.
‘Mondo Cane’ tot 24 mei in BOZAR, Paleis voor Schone Kunsten, Ravensteinstraat 23, 1000 Brussel. Open van di – zo van 10 – 18u en do tot 21u.