Floris Schönfeld meets Charles Avery @NEST

“I recently was in Taiwan and just went through a couple of streets and didn’t understand the language or the street signs, but I believed in Taiwan, I didn’t question the credibility of Taiwan just because I saw so little of it”

20150215_161740

Floris Schönfeld, Charles Avery en Eelco van der Lingen @Artist Talk NEST

Met dit citaat sloot Charles Avery het gesprek met Floris Schönfeld en Eelco van der Lingen in NEST af. Hij gaf hiermee een antwoord op de vraag of Onomatopoeia, de wereld die hij heeft gecreëerd en nu wordt getoond in het GEM, fictie, utopie of realiteit is? Dezelfde vraag kon aan Schönfeld ook worden gesteld, omdat zijn Damagomi Project in NEST gelijkenissen vertoont met Avery’s project in GEM. Daarom sloegen NEST en GEM de handen ineen en nodigden hen uit om over hun werk en met elkaar te praten.

The Damagomi Project

Floris Schönfeld – The Damagomi Project. Fotograaf: Ed Jansen (Pictured #151)

Schönfeld werkt bewust projectmatig. Het beginpunt ligt voor hem in de realiteit, zo onderzocht hij voor de opera “U” (de eerste Klingon opera) een Star Trek Fan Community en voor Damagomi Project bestudeerde hij een groep wetenschappers en musici die in de jaren 70 in het noorden van Californië de (spirituele) communicatie tussen planten en mensen onderzocht. Het begint met onderzoek, maar Schönfeld manipuleert graag; met re-enactments, ‘gevonden’ beeldmateriaal en het exposeren van bestaande objecten verkent en betreedt hij de grens van fictie en realiteit: “I like the idea that the project reinforms the world”.

Charles Avery laat, alhoewel zijn beelden vreemder ogen dan de realistische beelden van Schönfeld, ook zijn project in de realiteit beginnen. “I rather put new meanings to existing forms instead of drawing randomly”. Avery is op zoek naar een structuur met een coherente, innerlijke logica, net zoals een schrijver die zijn boek vanaf het nulpunt opbouwt tot een groot raamwerk met personen, objecten en gebeurtenissen erin. Voor de tentoonstelling How About Idealism gaat dit ook zeker op; figuren die in meerdere werken terugkomen (zoals de protagonist The Hunter), een eiland met een historie en geografische ligging enerzijds en een cultuur, ontstaansgeschiedenis en goden anderzijds. De uiteenzetting van deze wereld wordt soms zo ingewikkeld dat Avery zegt: “Instead of inventing, you are discovering it”.

20150214_213415

Charles Avery – Untitled (Expedition), tentoonstelling GEM, 2015

Avery’s eiland maakt onderdeel uit van een universum met parallelle werelden, en de bevolking heeft meerdere goden die het belangrijkste paradigma vormen van zijn wereld. Maar wat nu als een inwoner, zoals Truman die ageert tegen zijn geestelijk vader Christof in The Truman Show, besluit dat het eiland vreselijk is en zijn heil gaat zoeken door toch naar de verboden polen te gaan en de oversteek naar een parallel universum te maken? En wie weet wel zijn dubbelganger tegen te komen?

Avery bedacht hiervoor een ingenieuze oplossing: wanneer een inwoner naar de polen wilde afreizen, werd hij steeds (exponentieel) kleiner, zodat het bereiken van de polen niet haalbaar was. Toen een poos later tijdens een kunstconferentie iemand uit het publiek hem vroeg dat als een inwoner dan naar de evenaar afreisde hij ook exponentieel groter werd, moest Avery lachen. Zijn structuur voor het eiland was zeker niet onfeilbaar. Je kunt het vergelijken met de Star Trek fanclub waar Schönfeld onderzoek naar heeft gedaan; zij volgen een science fiction verhaal, maar bevragen toch de innerlijke logica ervan en haken af wanneer het niet meer logisch is, ook al heb je als fan je allang over het feit gezet dat het beginpunt niet realistisch is.

20150214_21373320150214_214608

Schönfeld gelooft ook in feedback en interactie met het publiek. Hij vond het  fantastisch toen de Star Trek fanclub zijn project Klingon Opera gebruikte om zelf activiteiten rondom Klingon uit te diepen. Een wisselwerking ontstaat. Ook de re-enactments die hij voor Damagomi Project heeft uitgevoerd, zou hij kunnen uitbreiden of beter nog: kunnen anderen uitbreiden. Het project is niet perse dood, wanneer de tentoonstelling over is. Alle spullen staan misschien wel in dozen, maar het project leeft nog.

Avery gelooft ook in interactie, maar op een ander niveau dan Schönfeld. De donkere mensen in Onomatopoeia zijn een voortvloeisel uit het rijke koloniale verleden van het eiland, net zoals het Island of Mull waar Avery vandaan komt. En de hoeden die hij heeft ontworpen voor de goden van verschillende stammen zijn de hoeden die hij heeft ontworpen voor de Easter Pageant van zijn drie dochters; “I have my pride as an artist so I wanted to win the pageants”. Zonde om weg te gooien, dus hij besloot dat deze hoeden konden worden gebruikt als “vlag” van elke stam op het eiland.

The Damagomi Project

Floris Schönfeld – The Damagomi Project. Fotograaf: Ed Jansen (Pictured #151)

Het interessante aan een Artist Talk is dat je de uitdagingen achter het werk leert kennen, alsof je naar een making of van een documentaire zit te kijken. Toch vinden Avery en Schönfeld niet dat hun projecten – die voor een groot deel uit filosofische, wiskunde gedachtes, onderzoek en papieren bestaan – in volle wasdom getoond hoeven te worden. Binnen een museaal kader je project moeten presenteren zet je ook op scherp als kunstenaar, concludeert Schönfeld. Ook al ziet de kijker maar 30%, stelt Avery, dan is het alsnog belangrijk dat de innerlijke logica een bepaalde betovering heeft waardoor de kijker meer wil weten of in ieder geval gelooft in de wereld die geschapen is.  Avery stelde zijn bezoek aan Taiwan als illuster voorbeeld voor deze geloofwaardigheid. Hij zou wel graag een encyclopedia over Onomatopoeia willen maken, een vorm los van het visuele als het ware.

2009.tate_triennial_4

Charles Avery, Head of an Aleph, 2009. Tate Triennal

Maar als Avery’s werk geen fictie, realiteit of utopie is, wat is het dan wel? “I form a structure, I would like to call it a gymnasium for thoughts”. Tijdens het opzetten en tonen van die structuur is het open voor publiek om commentaar te geven en nog deze te veranderen, bijvoorbeeld wanneer een kijker hem erop wijst dat iedereen in het werk zielig kijkt of niemand mobieltjes heeft, wijzigt hij dit. Waarschijnlijk om de realiteit en de logica in zijn fictie te versterken. En Schönfeld? Hij beantwoordde deze vraag zelf niet maar The Damagomi Project biedt een intrigerend perspectief op de noodzaak van zijn fictie: “Want hoewel we het wellicht nooit zeker zullen weten, zou een fantasiewerkelijkheid wel eens de sleutel kunnen zijn tot de kennis over ons eigen doel in het leven”.

The Damagomi Project is nog tot en met 1 maart 2015 te zien in NEST en How About Idealism is nog tot en met 7 juni 2015 in GEM te zien