Radical Positions @ PS Projectspace

Als een rode draad loopt de seriële productie door de tentoonstelling Radical Positons. Of misschien is de verwijzing naar een draad niet juist, die kan immers slap hangen terwijl de presentatie zo perfect strak is: alle werken hangen zichtbaar gecentreerd op een denkbeeldige lijn.

Radical Positions @ PS Projectspace
Gerold Miller, John Nixon en Charlotte Posenenske

Behalve één werk. Dit vierkante doek, gloeiend oranje met de zijkanten zwart geschilderd, hangt eigenwijs laag aan de waslijn. De beheerder van de ruimte Jan van der Ploeg vertelt dat het nu op de perfecte kijkhoogte hangt voor de kunstenaar, die wat minder lang is dan de gemiddelde Hollander. Het bescheiden formaat van het werk wordt gecompenseerd door de kleurstelling, waardoor het een toch markante aanwezigheid is aan de muur. Graag had ik gezien hoe een serie van deze eenvoudige doeken aan de muur zich zou houden, omdat ik vermoed dat een groter aantal een bepaald ritme oplevert waarbinnen zo’n werk iets stabieler zou voorkomen, iets minder schreeuwerig dan nu het geval is.

Radical Positions @ PS Projectspace
Gerold Miller - Instant Vision 141, 2012

Gerold Miller toont met Instant Vision 141 drie cirkels. Volgens mij is hij begonnen met de contour van de grootste cirkel en plaatste daarin vervolgens een iets kleinere, waarbij de contouren elkaar rechtsboven overlappen. De ingesloten ruimte tussen de contouren vult hij in, waardoor de zwaarte van de vorm linksonder komt te liggen, zo ontstaat -even- de suggestie dat het gaat om een vorm met substantie. Haast plagerig heft de kunstenaar die illusie op door een cirkel door het simpele schema te boren. Net zoals veel anderen minimalisten rekent Miller af met het idee dat kunst een expressie is van iets hogers. De cirkel is hier geen symbool voor perfectie of iets anders, het werk zelf geen drager van de diepste zielenroerselen van de kunstenaar. Nee, als een variant op de slogan van mei ‘68 is het hier: achter het kunstwerk, de muur. 

Radical Positions @ PS Projectspace
Charlotte Posenenske - Relief Serie B, 1967, rechts John Nixon - EPW:O, 1994

Het werk van Charlotte Posenenske wordt de laatste tijd herontdekt. Vorig jaar was er een overzichtstentoonstelling van haar werkt te zien in de belangrijkste presentatieruimte voor minimalistische kunst, Dia:Beacon en afgelopen zomer besteedde het Kröller-Müller Museum aandacht aan haar werk. Haar kunstwerken kunnen met recht radicaal worden genoemd. Ze bestaan uit in massa geproduceerde industriële vormen, zoals metalen luchtschachten, die vrijelijk door iedereen zijn te gebruiken. De kunstenaar eist geen auteurschap op deze combinatie van objecten. Haar werk is dus radicaal beschikbaar. Nog veel meer dan andere kunstenaars die actief waren in de jaren zestig voert ze het idee van kunst voor iedereen en de afwezigheid van een artistieke signatuur van de maker tot het uiterste door. Dat het haar bittere ernst was, blijkt wat mij betreft uit haar beslissing om in 1968 de kunstwereld de rug toe te keren, ondanks haar succes, en als wetenschapper studie te maken van vakbonden. Op een manier is dat een ultiem bewijs dat de ambitie van kunst soms zo groot kan zijn, dat ze alleen op andere manier dan in de kunstwereld verwezenlijkt kan worden. 

Het meest barokke werk is dat van Steven Parrino. Dat vermoed ik althans als ik de beschrijving van het werk lees. Samen met kunstenaar Jutta Koehter vormde hij de band Electrophilia, waarvan een opname op vinyl is geperst. Het geluid op de plaat is niet te horen en de eigenaar van het werk, Jan van der Ploeg zelf, heeft de gelimiteerde uitgave nog nooit afgespeeld. Gezien het genre van het werk, noise, is het werk zoals het nu hangt minstens even genietbaar als de opname zelf.

 

Steven Parrino (midden) - Electrophilia, Shock Wave Troop, 2002
Michelle Grabner - zonder titel, 2008

Er bestaat een opvallende visuele overeenkomst tussen de groeven van Parrino’s plaat en het werk op papier van Michelle Grabner. Zij trok met metaalstift ontelbare lijnen vanuit het midden van het vel. In dit geval is het geen registratie van geluid, maar een registratie van een repeterende handeling. En engelengeduld. Je ziet meteen dat het papier door de toevoeging van metaal veel stijver is geworden. Waar normaliter alleen over een huid kan worden gesproken waar het de verf op een schilderij betreft, is dit het eerste werk op papier dat ik ken dat ook zo’n visuele tastbaarheid kent. Het feit dat deze werken zo goed naast elkaar kunnen leven is een bewijs voor de zorgvuldige samenstelling.

 

Radical Positions is tot 22 februari 2020 te zien bij PS Projectspace, Madurastraat 72 in Amsterdam