Studiereis Stroom – Helsinki
Wanneer je met een studiereis van Stroom een trip naar Helsinki onderneemt, is het interessant om verschillende aspecten van de artscene in Helsinki te belichten en zo ook het licht te laten schijnen op de scene in Den Haag. Helsinki herbergt uitzonderlijke initiatieven, vooral door de hoge concentratie kunstenaars op een plek en het stagnerende subsidiesysteem.
Er wonen circa 5,5 miljoen mensen in Finland, waarvan de grootste concentratie in het zuiden woont. Het aantal professionele kunstenaars (lees: opgeleid en belastingbetalend) ligt rond de 3000, waarvan maar liefst 80% in Helsinki woont en werkt.
Helsinki is duur, heel duur. De prijzen voor de studio’s liggen tussen de 400 (bezemkast) en 1200 euro. Ook al is het niet toegestaan, komt het vaak voor dat kunstenaars in hun studio wonen. Bovendien houden ze meerdere baantjes aan om rond te komen, want ook het dagelijks onderhoud is prijzig te noemen.
Artist run spaces en galeries betalen ook veel huur. Een ruimte van circa 300m2 kost al gauw 4000 euro per maand. Hoe zij deze huur bekostigen is uitzonderlijk te noemen: exposerende kunstenaars hoesten de huurkosten op, naast de kosten van je studio, woonruimte en levensonderhoud. Als kers op de taart is er in Finland geen bloeiende kunstmarkt. Met andere woorden: bijna niets wordt verkocht. Hoe heeft dit kunnen gebeuren?
In de jaren 70 van de 20e eeuw werd gelobbyd om het probleem van onderbetaalde kunstenaars op te lossen. Kunstenaars, verdeeld over verschillende disciplines (fotografen, schilders, beeldhouwers) richtten unions op om hun belangen landelijk te verdedigen. Bovendien fungeerden de unions als opstapje voor kunstenaars in het vormen van samenwerkingsverbanden en aanbieden van buitenkansen. De lobby bleek vruchtbaar; er werd landelijk besloten om elke kunstenaar een salaris te geven, door middel van een beurs die landelijk of stedelijk verkregen kon worden. Dit zorgde ervoor dat kunstenaars onafhankelijk konden zijn, een mooi initiatief dat tot het begin van de 21e eeuw goed werkte in Helsinki. Toen werd het ook gangbaar dat kunstenaars betaalden voor de expositieruimte gedurende de tijd dat ze tentoonstelden.
Het grote merendeel van de Finse instellingen hanteert, in het samenstellen van een tentoonstellingsagenda, het principe van een open call, waar kunstenaars buiten de instelling en/of leden kunnen dingen naar een plek in de agenda. Een instelling met honderden leden, zoals Huto, Muu Gallery of Hippolyte, stelt elk half jaar een commissie aan van leden die uit alle aanmeldingen plannen kiezen om tentoon te stellen. Plannen van Finse kunstenaars, collectieven of een enkele keer internationaal. Op de vraag waarom met een open call en commissie wordt gewerkt wordt vaak aangegeven dat het altijd al zo heeft gewerkt. Hippolyte is stelliger: het is democratischer en minder exclusief dan een programma of visie die uitgestippeld wordt door een curator. Het lijkt erop dat je als galerie iedereen tevreden moet houden, immers de kunstenaars betalen jouw huur, onkosten en salaris. Zij hebben de macht.
Begin 21e eeuw is er een kentering gekomen waardoor het systeem van subsidiëring als een strop lijkt te werken. Door de explosieve groei van academies is het aantal professionele kunstenaars opgelopen tot 3000 terwijl het systeem van subsidiëring gebouwd is voor enkele tientallen tot honderden kunstenaars. Hier bovenop wordt sinds 2013 aanzienlijk bezuinigd op kunst, ruim 30 miljoen is gekort en de volgende 30 miljoen staat op het programma.
De verkiezingen in voorjaar 2015 en de populariteit van de populistische Finse partij (voorheen Ware Finnen) maken verschillende instellingen zenuwachtig. De Finse partij lijkt vooral in te zetten op cultureel erfgoed en niets te hebben met hedendaagse kunst. Er zijn particuliere fondsen waar kunstenaars aanspraak op kunnen maken, maar deze zijn project based en worden 1 op 1 gebruikt om de hoge huren van de tentoonstellingen te kunnen betalen in Helsinki. Het water staat hen eigenlijk tot aan de lippen.
Zijn de Finse kunstenaars gefrustreerd? Ja, maar zijn ze wanhopig? Allerminst. De creativiteit, inzet en passie zorgen voor leuke en inspirerende initiatieven in Helsinki die zoeken naar alternatieven voor dit systeem en experimenteren met andere modellen voor het onder de aandacht brengen van kunst bij een publiek.
Veel artist run spaces die als paddenstoelen uit de grond lijken te schieten hebben wij bezocht. Zij zijn klein, soms houtje touwtje, en worden volledig gedragen door kunstenaarscollectieven of likeminded kunstenaars die zich op vrijwillige basis inzetten voor de kunstenaar en pleiten voor een ander systeem. Een systeem waar kunstenaars minder of zelfs geen huur hoeven te betalen voor het exposeren van hun werk en waar experiment centraal staat. Uitproberen, op je bek gaan en hopelijk zo een artscene opbouwen die bloeit, op nationaal en internationaal gebied. Zij hebben geen Guggenheim nodig om te laten zien dat Finse kunst cool en new is.
Sommigen, zoals Oksasenkatu 11, galerie Sorbus en Alkovi hebben een programma opgesteld waarbij ze juist kunstenaars uitnodigen om daar te komen werken en afstappen van het open call model. De kunstenaars die deze galeries runnen, gebruiken vaak hun toegekende gelden om ervoor te zorgen dat kunstenaars gratis kunnen exposeren. Hiernaast organiseren zij ook veel events, lezingen, concerten of gaan samenwerkingen aan met commerciële bedrijven of zusterorganisaties om te overleven.
De eigenaars van Alkovi, 2 jonge kunstenaars, stellen ook vast dat de enorme groei van kunstenaars en de verandering van de artscene het subsidiesysteem voorbij streeft. Niet alleen onderhoudt het subsidiesysteem slechts 7% van de geregistreerde kunstenaars maar vormt het housingbeleid van Helsinki een groot obstakel voor andere initiatieven vanwege die ontzettend hoge huur. Bovendien weerhoudt de bureaucratie veel instellingen van het opstellen van een programma dat een lange termijn visie heeft. Het lijkt zijn weerslag te hebben op de identiteit van een galerie die, behalve op basis van smaak van een commissie of board, niet opgebouwd lijkt te worden volgendS een visie of karakter. Immers, na een half jaar is er een nieuwe commissie die weer compleet andere werken of kunstenaars kan kiezen.
Helsinki verkeert in een overgangsfase. Steeds meer artist run spaces zoeken niet alleen naar alternatieve middelen, maar zoeken ook de politiek op en verzamelen zich in een associatie om te lobbyen voor een ander financieel systeem dat ook in de 21e kan functioneren. Zij verrichtten pionierswerk en hopelijk houden zij de energie om door te zetten.
Alle Haagse artist run spaces en instellingen die tijdens deze reis vertegenwoordigd zijn – Billytown, the Naked, 1646, In Your Livingroom, Satellietgroep, Platform 57, Ruimtevaart en Stroom – kunnen een helpende hand bieden aan hen. Veel Haagse kunstenaars voelen ervoor om uit te wisselen en hopelijk brengen de Finse kunstenaars ook een bezoek aan Den Haag. Hun aanstekelijke energie, rauwheid en frisheid bieden weer een mooier licht op onze kunstscene en doen ons vraagtekens zetten bij de onze. Den Haag, wakker worden!