Goud zoeken in Nest
De curatoren van Alchemy, David Rickard en Will Lunn, kozen kunstenaars -Frank Ammerlaan, Myriam Holme, Alastair Mackie, Navid Nuur, David Rickard, Oscar Santillan en Lawrence Weiner – uit die in hun werk de transformatie van materialen inzetten; in fysieke zin of op conceptueel vlak.
“Een transformatie van iets naar iets anders dat voor alchemie niet bestond, hooguit door toeval”, zo legt Will Lunn in Nest TV #15 uit waar de fascinatie voor alchemie vandaan komt. Alchemie, een natuurfilosofische beschouwing geïnspireerd op de ideeën van Aristoteles, wordt al millennia lang bedreven, maar is vooral populair geworden door het idee dat een metaal in goud veranderd kan worden of dat een levenselixer gebrouwen wordt door de combinatie van natuurelementen. “In de hele tentoonstelling is geen splinter goud te vinden“, stelt Rickard ons gerust / teleur (doorhalen wat niet van toepassing is).
Binnen de alchemie bestaan twee interpretaties: een exoterische die zich richt op het materiële en een esoterische die de spirituele dimensie van alchemie benadrukt . Vertaald naar de tentoonstelling: materialen in fysieke zin of op conceptueel vlak. Ook binnen de conceptuele kunst van de jaren 60 en 70 is een tweedeling te maken; een kunstenaar die uitgaat van het idee/concept en de kunstenaar die het materiaal bestudeert. Een bezoek aan deze tentoonstelling leverde parallellen op met deze periode.
Mineralium van Navid Nuur doet denken aan de Zoutkamer van Wim T. Schippers waar enkel een pruttelend fonteintje het adynamische geheel in Museum Fodor nog van beweging voorzag. De berg zout van Nuur gaat juist uit van beweging; het onttrekt gedurende de duur van de tentoonstelling vocht aan bezoekers en door de aanwezigheid van ijzervijlsel in de berg erodeert het. Het oxidatieproces wordt zichtbaar en donkere plekken zullen plaats maken voor oranje, verroeste, vegen. De transformatie is traag, niet oogstrelend, maar doeltreffend. Het idee dat het zout vocht onttrekt aan elke bezoeker maakt het een tikkeltje sinister.
Een (nog) meer conceptueel werk is DUST + WATER PUT SOMEHERE BETWEEN THE SKY & THE EARTH van Lawrence Weiner. Ook hier is een duidelijk verband te leggen met de conceptuele kunst 50 jaar eerder. George Brecht, beeldend kunstenaar en scheikundige, ontwikkelde kaartjes waarop hij instructies formuleerde voor de lezer thuis of het publiek in een zaal (Events). Aanvankelijk vrij concreet, zoals laten druppelen van een vloeistof tot zeer abstract, zoals Exercise.
De tekst die Weiner op de muur plaatste in Nest is een “open formule, in staat om vrijwel ieder object of materiaal te vormen dat we ons maar voor kunnen stellen“. Net zoals Brecht test Weiner de verbeeldingskracht van het publiek en verkent de grenzen van een object of materiaal. Het werk zelf is, door de plaatsing in een tentoonstelling en het gebruik van deze vorm, ironisch genoeg meer gelimiteerd dan de instructie. Het werk leidt tot een kleine denkoefening over wat kunst is, maar niet meer dan dit.
Aan de andere kant wordt het bestuderen van het materiaal in fysieke zin onder de loep genomen. Myriam Holme experimenteert met kleuren en chemicaliën op een plat vlak. Ze zoekt graag tegenstellingen op, vloeistoffen die zich op organische wijze vormen op verkreukeld aluminium en lompe glazen brokken die hiermee contrasteren. Door de juiste plaatsing van het werk levert een divers schouwspel op; vanuit elke hoek zie je weer iets anders en je begeeft je in het materiaal.
Ook Frank Ammerlaan laat materiaal vooral op fysieke manier zien. In samenwerking met wetenschappers heeft hij een proces ontwikkeld waardoor het visuele effect van gemorste olie in een plas regenwater wordt geproduceerd. Dat het werk ook een politieke connotatie schijnt te hebben, wordt voor lief genomen, het materiaal op zich heeft zeggingskracht genoeg.
Tot slot zijn er twee werken met elkaar verbonden (ogenschijnlijk toeval) door de titel en het vernietigen van een idee om te komen tot een nieuwe, gelaagde vorm. Star Gazer van David Rickard is ontstaan door het uitvouwen van een zogenaamd icosaëder, een regelmatig twintigvlak waarin Rickard een vuurpijl heeft afgestoken, vandaar de ‘gebruikssporen’ . Het werk verwijst naar een theorie van Johannes Kepler over hoe het universum is opgebouwd, het zogenaamde Mysterium Cosmographicum. Kepler had ontdekt dat het heelal een geometrische opzet had van vijf regelmatige veelvlakken die aan de vijf destijds bekende planeten verbonden was. Met de ontdekking van Uranus en Neptunus bleek deze theorie incorrect en werd getorpedeerd, evenals de vuurpijl in Star Gazer.
Lost Star is een uitgave van de tekst ‘Cosmos’ van Alexander von Humboldt. Cosmos is een 19e eeuwse verhandeling over natuur, het universum en wetenschap en was ontzettend populair in die periode. Santillan heeft door middel van een chemisch procedé het boek ontdaan van alle inkt. De onttrokken inkt is vervolgens omgevormd tot een klein planeetje dat voor de lege pagina’s van het leeg getrokken boek ligt. Het object onder glas is breekbaar, klein, persoonlijk. Inkt kan letters, woorden en ideeën vormen die onze wereld bepalen, maar Santillan wist het koelbloedig. Het residu is gebeeldhouwd in een klein planeetje waarmee de essentie van een deel van het traktaat wordt weergegeven. Een werk waarin vorm en concept elkaar telkens lijken uit te wissen om tot nieuwe vormen te komen.
En hiermee heeft Nest, ondanks de waarschuwing dat er geen splintertje goud te vinden is, toch echt goud in handen.
Alchemy_State of Change loopt tot en met 2 november is open op donderdag t/m zondag, 13.00 – 17.00 uur en op afspraak.