Geen plankenkoorts, maar gezonde zenuwen in Babel
Babel, het journalistieke programma van het Nationale Toneel, organiseert met en voor de Haagse culturele wereld een ontmoeting tussen politiek en cultuur. De verse wethouder van cultuur, Joris Wijsmuller, schuift met de nieuwe cultuurwoordvoerders uit de gemeenteraad aan in het NT Gebouw, voor een open dialoog over de toekomst.
Het is druk in het NT gebouw. De avond start met een interview met Joris Wijsmuller. Hij geeft de opkomst van de Haagse Stads Partij weer en vertelt over de huidige praktijk als cultuurwethouder. Er komt veel op hem af, maar hij wil graag deze post en gelooft in de pijlers die in het Coalitieakkoord “Vertrouwen op Haagse Kracht” staan. Ook laat hij iets los over zijn visie op kunst en cultuur. Kunst kan zowel een doel op zich als een middel zijn voor de (opleving van de) stad Den Haag. Hij gelooft dat je niet alle wegen die de kunst inslaat moet bedenken als bestuur, dat kan kunst heel goed zelf. Hij wil graag onderzoeken in hoeverre bestuurlijk Den Haag allerlei initiatieven kan ontdekken, ondersteunen en faciliteren, zowel binnen de beeldende kunst, theater, literatuur en muziek. Dit vergt tijd en deze wil hij goed gebruiken.
Spuiforum
Wijsmuller vertelt met een ontwapenende openheid over hoe hij het Spuiforum wil aanpakken. Het plan was niet goed en kostte teveel geld. Het was duidelijk dat er wel een investering in theaters – foyers, artiestenruimtes zijn gedateerd, theaters lopen achter bij de ambities – nodig was. Wijsmuller geeft aan dat HSP niet enkel een gebouw wil realiseren (Spuiforum) maar gebied wil ontwikkelen. “Je kunt geen gebouw neerzetten van 181 miljoen als het oude kantoorgebouw [Ministerie van Justitie] als een rottende kies erbij hangt” stelt Wijsmuller.
Toch wordt er wel 181 miljoen gespendeerd, nu volgens het Design, Build, Finance and Maintain principe. Dit houdt in dat ontwikkelaars en bouwers gevraagd worden om vanaf het begin van het ontwerp mee te denken om zo mede verantwoordelijk te zijn voor de bouw en het onderhoud. Het Ministerie van VROM is ook volgens dit principe gebouwd; het scheelt tijd, geld en op de tekentafel kunnen nog kleine wijzigingen worden gemaakt. De planning is heel strak, het nieuwe gebied gaat in 2019 open, een jaar later dan voor Spuiforum was gepland. Dit houdt ook dat het Zuiderstrandtheater een jaar langer de honneurs zal waarnemen, wanneer Lucent Dans Theater en Residentie Orkest hier naartoe zullen verhuizen.
Op de vraag of Den Haag, gezien de eerdere protesten tegen Spuiforum, wel mee is in dit plan, antwoordt Wijsmuller van niet, maar hij wil mensen uitnodigen om het gesprek aan te gaan en mee te denken. Er wordt een advertentie geplaatst in verschillende media waar mensen worden uitgenodigd om mee te denken en er zullen zogenaamde stadsgesprekken plaatsvinden in en rondom het gebied van Spuiplein.
Cultuurwethouder, wat nu?
Er zal jaarlijks 2 miljoen per jaar uitgegeven worden aan instellingen en cultureel ondernemerschap. 6 miljoen extra naar cultuureducatie en cultureel erfgoed. Wat is nu de return of investment? Wijsmuller heeft geen knip en klaar antwoord. Einde van bezuinigingen is in zicht en er breekt een periode van herstel aan. Wat is het doel? “Reuring”, antwoordt de wethouder stellig. Meer Haagse producties en meer mensen die in wijken naar instellingen gaan. Meer geld voor meer kunst.
Maar de kunst kan ook ingezet worden om de creatieve sector te doen herleven en de hoge werkloosheid in Den Haag (ruim 40.000 werklozen) te verlagen. Den Haag als rijksoverheidsstad is gedateerd, de overheid bezuinigt veel en daardoor zitten mensen werkloos thuis. De overheid als banengenerator valt tegen. Hoe kijkt hij dan tegen de rolverdeling tussen politiek en cultuur aan? Gemeentebestuur kan ook kijken naar meer flexibiliteit om dingen mogelijk te maken en cultureel ondernemerschap te laten invullen door de makers zelf. Initiatief moet komen uit de culturele sector. Hij weet nog niet aan welke initiatieven en instellingen hij de 1 miljoen voor cultureel ondernemerschap wil besteden. Geld is ook bedoeld om de wijkcentra in deze stad te ondersteunen. Het is geen vetpot. Mensen in het publiek worden verzocht om aan te kloppen bij Wijsmuller voor geld als zij een goed plan hebben. Er zijn verschillende geluiden die onderstrepen dat het water bij sommige instellingen tot aan de lippen staat. Wanneer iemand uit het publiek vraagt waar zij haar plan voor een mooi literatuurproject kan neerleggen, is Wijsmuller direct: joris.wijsmuller@denhaag.nl
Zachte Wol en Geraldine
Het muzikale intermezzo wordt verzorgd door Lindertje Mans en Joost Steltenpool die Marktplaatsmuziek hebben gemaakt, alle teksten hebben zij van Marktplaats geplukt en verwerkt in twee nummers. Zachte wol en Geraldine. Het levert een komisch intermezzo op waar een man een vrouw en een vrouw een man zoekt (en zachte wol) om bijzondere patronen voor te breien. Geraldine laat maar niets van zich horen, iets dat haar smachtende ex tot waanzin drijft. Marktplaatsmuziek is ook op de Parade in Den Haag te zien, en aan het gelach in het publiek te horen, wordt dit een trekpleister in het Westbroekpark.
Haagse cultuur over 4 jaar / De cultuurwoordvoerders aan zet
Mustafa Okcuoglu van Groen Links, Peter Bos van Haagse StadsPartij, Birgül Özmen van D66 en Bülent Aydin van PvdA schuiven aan om te praten over cultuur en de ambitie op gebied van cultuur voor over 4 jaar. Hoe zien zij cultuur in Den Haag in 2018?
Peter Bos, zelf muzikant en muziekprogrammeur, vindt cultuur het belangrijkste binnen de gemeentepolitiek. Hij vertoeft graag op broedplaatsen, zoals de Besturing en Maakhaven, met eigen regels, kunst en geld. “Broedplaatsen moet je ook niet zomaar geld geven, maar vooral met rust laten”. Het is moeilijk om vooruit te kijken, hij ziet wel dat kunst zich breder kan orienteren. Kunst en cultuur kunnen een stad uit het slop trekken.
Hij geeft als voorbeeld (hoe grotesk ook grinnikt hij) de jaren 60 in het Verenigd Koninkrijk, waar de ontploffing aan beatbandjes even de armoede en werkloosheid deed vergeten en zo het land uit het slop trok. Hij ziet graag veel meer Haagse producties, op gebied van film, literatuur kan er meer van Haagse makelij komen. “De wederopbouw van Den Haag heeft een soundtrack nodig”, de interviewer van stal is een meester in pakkende oneliners.
Bülent Aydin van PvdA pleit voor cultuur naar de mensen brengen, ook mensen met een andere culturele achtergrond of die financieel minder gesteld zijn. Kortom grotere groepen en bredere lagen. Hij geeft aan dat er een nieuw kunstenplan gemaakt wordt die tot 2020 mee kan. Hierin onderstreept hij de uitspraak van Peter Bos dat “vrijheid de essentiële voorwaarde is voor creativiteit”. Maar tegelijkertijd oppert hij dat Den Haag ook wat mag verwachten van de kunst en hiermee stipt hij het spanningsveld tussen beleid en autonomie aan. Er zal een beleidsplan opgesteld worden met kaders, maar deze kaders moeten de vrijheid van de kunst ook weer niet teveel beknotten, dat is een lastige opgave.
Birgül Özmen van D66 is pragmatisch. Zij hoopt dat de eerste palen in de grond staan voor het Spuikwartier. Bovendien wil zij echt inzetten voor aanwas van jongeren en stimulans van en voor jong talent. Ook wil zij zich hard maken voor educatie en cultuur, en ook zij wil hierin meer diversiteit zien; zowel op gebied van culturele achtergrond, welvaart als leeftijd.
Mustafa Okcuoglo benoemt dat in de stad maar een deel van de bewoners gebruik maakt van kunsten en cultuur. Er kan meer diversiteit in dit proces komen, zo kunnen bijvoorbeeld ook Polen en Bulgaren uitgenodigd worden om gebruik te maken van het culturele aanbod. Zo wil hij ook dat de Turkse gemeenschap niet alleen ondernemerschap toont in de markt, maar juist ook in cultuur, dat wil nog niet van de grond komen. Wanneer Okcuoglo ook het partijprogramma wil toelichten en vervalt in vaktaal, wordt hij behendig door de interviewer gepareerd en dit zal als een gimmick door het hele interview kruipen. Zo wordt de klucht ook tot kunst verheven. Wanneer Okcuoglo even later in discussie wil treden met de kersverse wethouder, blijkt uit het publiek dat het geduld met de ‘oude cultuurpolitiek’ echt op is.
Visie van het werkveld en Het vragenvuur
Mensen uit het publiek worden ook uitgenodigd om hun visie op 2018 weer te geven. Hierbij mag ook gedacht worden aan wat nodig is of wat hersteld moet worden. De visie van Ronald Kieft, directeur Residentie Orkest, beklijft. Toen hij 2 jaar geleden in Den Haag begon, werd hem gezegd: Den Haag is lastig, lastig, lastig. Nu 2 jaar later geeft hij juist te kennen dat Den Haag een prachtige stad is en dat dit vaker gezegd mag, nee, moet worden.
Een vertegenwoordiger van Rabarber vindt het ook zeker belangrijk dat er niet meer bezuinigd wordt op de vrijetijdssector. Hoe kun je immers aanwas van talent verwachten als dat van onderaf wordt weg bezuinigd, zoals bij Rabarber en Koorenhuis het geval is?
Er zijn veel bibliotheken gesloten; van de 18 zijn er nog 6 open in Den Haag, dit worden er binnenkort 7 omdat de bibliotheek in de Schilderswijk weer heropend wordt. Hoe nu verder met de bibliotheken? Wijsmuller antwoordt dat hij zeker zich hard wil maken voor meer bibliotheken, maar dat hij hier ook niet op vooruit wil lopen. De boekenbranche heeft het moeilijk en bibliotheken zijn zich aan het heruitvinden. Hij roemt het voorbeeld van de Centrale Bibliotheek, dit kan een lichtend voorbeeld zijn voor nieuwe bibliotheken.
Het vragenvuur richt zich niet alleen naar de wethouder en woordvoerders, maar ook naar het publiek. Welke uitdaging kan de cultuursector oppakken? Dat er geluisterd wordt naar de burger, meer samenwerkingen tussen instellingen in Den Haag en hierbuiten en dat er ook aandacht komt voor landelijk elan. Wij lopen een beetje achter op Rotterdam en Amsterdam en dat knaagt toch een beetje. De metropoolgedachte (een samenwerking van Rotterdam en Den Haag) wordt ook genoemd. Instellingen vissen in een vijver die niet rijkelijk gevuld is dus het kan de moeite lonen om, naast verkeer en economie, ook op het gebied van kunst en cultuur met Rotterdam samen te gaan werken. Parkpop is hier een goed voorbeeld van. “Kortom slim zijn en het wiel niet opnieuw willen uitvinden”, aldus Wijsmuller.
Conclusie
De directheid van de HSP werkt ontwapenend en de eerste, hernieuwde, ontmoeting tussen politiek en cultuur is hoopvol. Het verschil in visie van de verschillende partijen op cultuur – diversiteit, cultureel ondernemerschap, cultuureducatie en instellingen – kan een heet hangijzer worden, evenals het spanningsveld van autonomie van de kunstsector enerzijds en het beleid anderzijds. HSP staat voor veel autonomie van de kunst, maar Okcuoglo en Aydin vinden dit geen vanzelfsprekendheid.
Er zal in de coulissen nog een hoop gesteggel zijn, maar het initiatief van Joris Wijsmuller valt zeker te prijzen. Je kunt het vergelijken met het zoeken van Den Haag naar een (nieuwe) identiteit, zoals ‘import-Hagenaar’ Sytze Schalk van de Kosmonaut suggereert in zijn afsluitende column. Den Haag is op zoek naar een imago zoals hij zelf op zoek is naar die bijzondere machine ergens in het land die de mooie, abstracte titels voor coalitieakkoorden maakt: Vertrouwen op Haagse Kracht.