Reactie Mondriaan Fonds

Afgelopen donderdag is op Jegens & Tevens een opiniërend artikel gepubliceerd naar aanleiding van de online presentatie van het Mondriaan Fonds over de nieuwe regeling ‘Bijdrage Programma’s Kunstpodia’. We geven Eelco van der Lingen, directeur Mondriaan Fonds, hierbij de gelegenheid om te reageren op het artikel.

Méér budget, méér co-financiering en méér mogelijkheden

Frits Dijcks heeft veel tegen de recente informatiebijeenkomst van het Mondriaan Fonds met betrekking tot de nieuwe kunstpodiaregeling, zo blijkt uit zijn epistel ‘Mondriaan Fonds schaft het kunstenaarsinitiatief af’.

Ook als mensen in het veld het niet met ons eens zijn horen we dat graag. Dat is onderdeel van het proces van besluitvorming en ontwikkeling binnen het Mondriaan Fonds. We luisteren naar het veld en gaan met regelmaat het gesprek aan. Frits Dijcks mag, net als ieder ander, ook vinden wat hij wil. Wel is het bezwaarlijk als hij in zijn lange rant de werkelijkheid schade berokkent en een feitelijke onjuiste en tendentieuze voorstelling van een bijeenkomst en van beleid geeft.

Dat begint met de hetzerige en onjuiste titel van zijn artikel. Binnen de nieuwe kunstpodiaregeling is nadrukkelijk plek voor het kunstenaarsinitiatief. Het budget voor instellingen in die categorie is zelfs verhoogd van 10.000 naar 25.000 euro per initiatief. Dijcks haalt de term kunstenaarsinitiatief en de tijdelijke regeling voor kunstinitiatieven door elkaar. De regeling komt te vervallen, de term wordt gewoon gewaardeerd en gebruikt.

De mogelijkheid van private ondersteuning vindt hij enerzijds ridicuul, maar publieke overheidsondersteuning is anderzijds niet te vertrouwen. Toch ziet hij bij ons een bezwaarlijk tekort aan aanbod. Hij vergeet dat drie van de vier categorieën meerjarig zijn en dat er jaarlijks nieuwe rondes zijn. Hij ziet initiatieven na een jaar al weer met lege handen staan, maar in werkelijkheid kun je gewoon elk jaar opnieuw aanvragen. Dat kun je ook doen als collectief in plaats van als professionele organisatie. Ondertussen gaat hij er ook aan voorbij dat het Mondriaan Fonds voorheen een eigen-inkomsten-eis moest stellen van 60% voor presentatie-instellingen. We zijn blij dat het ministerie ons de ruimte heeft geboden deze eis te versoepelen. Voor de grotere instellingen dragen we vanaf nu tot 50% of 70% bij. Onder kunstpodium Start zelfs tot 90%.

Dijcks spreekt van minder, minder en te weinig, maar vergeleken met vorige jaren is er dus sprake van méér budget, méér co-financiering en méér mogelijkheden.

Nergens wordt geëist dat, zoals Dijcks stelt, “ongeveer de helft van het toegekende subsidie moet worden besteed aan cao-regelingen en een leger aan managers.”

Dijcks wordt een echte conspiracy theorist op het moment dat hij suggereert dat het Fonds de eigen geschiedenis censureert: “Het Mondriaan Fonds heeft voor de zekerheid de eerdere toekenningen (van de oude regeling) van haar website gehaald om de indruk te wekken dat er met een schone lei wordt begonnen en iedereen dus evenveel kans maakt.” Er wordt niet met een schone lei begonnen; toekenningen uit het verleden voor 2021 en 2022 lopen door en zijn nooit weggehaald. Ze zijn hier te vinden. Frits Dijcks zal er alleen geen Witte de With, Framer Framed of Marres vinden, want ondanks dat de budgetten van het Fonds volgens hem gericht zouden zijn op het in stand houden van deze instellingen worden ze niet door het fonds ondersteund, ze zitten in de BIS. Het illustreert het jammerlijke gebrek aan kennis en inzicht van Dijcks, maar het toont daarnaast ook een pijnlijk gebrek aan solidariteit richting collegae.

Dijcks spreek zich ook op denigrerende toon uit over de vorm van de presentatie van de bijeenkomst. Oorspronkelijk stond een tour door Nederland gepland met presentaties op locatie voor vertegenwoordigers van kunstinitiatieven en presentatie-instellingen en met veel ruimte voor dialoog. We leven in corona-tijden en helaas is de oorspronkelijke opzet nu niet meer mogelijk. De presentatie in het gekozen format bedient uiteindelijk iedereen in Nederland. Een nadeel is dat, ondanks de chatfunctie, direct contact lastiger is. Een voordeel is wel dat instellingen makkelijker terug kunnen kijken. We hopen dat het hen helpt bij hun aanvragen, want dat was uiteindelijk het doel van de bijeenkomst. Daarnaast blijft, zoals veelvuldig aangegeven direct contact mogelijk tijdens de aangekondigde spreekuren en in één op één gesprekken met projectmedewerkers, alsmede met onze regiomakelaars.

Tot slot nog dit;

In 2011 was ik betrokken bij de opzet van Jegens en Tevens. Het online podium kwam voort uit de behoefte tot vernieuwing van de overlegstructuur tussen Stroom en het Haagse veld. Op initiatief van Stroom zelf werd een online platform opgezet dat de Haagse kunstenaar een stem richting het instituut Stroom zou bieden. Daarnaast zou ook de brede bestuurlijke context besproken en bediscussieerd kunnen worden.

Kijkend naar het aanbod op Jegens en Tevens van de afgelopen jaren kan ik me voorstellen dat huidig hoofdredacteur Frits Dijcks de oorspronkelijke opzet een beetje uit het oog verloren is. In zijn laatste bijdrage pakt hij de oorspronkelijke insteek echter met grote voortvarendheid weer eens op. Het leek het me daarom gepast om in dit geval inhoudelijk op hetzelfde platform te reageren.

Ik zie bij Dijcks een passie voor het kleine initiatief en ik betreur het dat hij niet gezien heeft dat we daarvoor juist meer en betere mogelijkheden bieden dan in het verleden. Dialoog is altijd goed, maar ik hoop wel dat hij een volgende keer zijn teksten nog een extra keer naloopt om te kijken of het wel klopt wat hij schrijft.

Met goede groet en veel succes en sterkte in de komende tijd voor alle organisaties in het veld, de grote en de kleine.

Eelco van der Lingen

 


Reactie Jegens & Tevens

Namens de redactie van Jegens & Tevens dank ik Eelco van der Lingen voor zijn reactie op het artikel en de correcties op feitelijkheden. 

Frits Dijcks, hoofdredacteur Jegens & Tevens