Futurist schildert een danseres in actie met 48 benen

door Bastiaan van der Velden

In de bibliotheek van de voormalige Amerikaanse ambassade is een tentoonstelling ingericht over twee minder bekende Franse schrijvers, Roussel en Brisset, en over Marcel Duchamp. In Den Haag? Ja, het is zelfs een soort terugkeer van de Roussel; en ook over Brisset en een Haagse kunstenaar is een mooi verhaal te vertellen.

De Haagsche Courant, Nieuwe Rotterdamsche Couranten het Algemeen Handelsblad melden op 25 juni 1912 de komst van een Frans theatergezelschap dat ‘Impressions d’Afrique’ komt opvoeren, ‘het groote succesnummer van het theater Antoine, te Parijs.’ De propagandamachine van de auteur van het stuk werkt goed in Nederland. Door Raymond Roussel worden kosten nog moeite gespaard. Een dag later staat er in het Rotterdamsch Nieuwsblad een kort bericht. Op 6 juli plaatst de Haagsche Courant een ‘Herinnering’. Het Nieuws van den Dag publiceert direct de data van het hele tournee: ‘De voorstellingen worden gegeven op 8 juli te Rotterdam, 9, 10 en 11 juli te Amsterdam, 12 juli te Hilversum, 13 en 14 juli te ’s-Gravenhage.’ In Amsterdam zal de opvoering plaatsvinden in het Paleis voor Volksvlijt. In Den Haag in de theater- en feestzaal van de Dierentuin, voor een gezelschap onder de welluidende naam ‘Koninklijk Zoölogisch Botanisch Genootschap’ (K.Z.B.G.). De Haagse voorstelling is gratis toegankelijk voor leden, tegen aanschaf van een programmaboekje. Het is maar de vraag of iemand in Holland begreep waarvoor ze zich naar het theater zouden moeten begeven. De Haagsche Courant weet op 16 juli 1912 te melden:

‘Op ’n wel bijzonder dwaas product van tooneelschrijfkunst kwam een Fransch gezelschap ons gister en zaterdag vergasten op “Impressions d’Afrique” van Raymond Roussel. We kregen wat neger-verliefdheid en neger-gevechten te savoureeren, en in ’t derde bedrijf trakteerde de schrijver ons nog op ’n guitaar spelende worm, en ’n eenbeenig muzikant, die opgewekt en blij op ’n botje uit z’n andere been een Bretonsch liedje blaast. ’t Was alles heel onzinnig, te dwaas om er hier méér van te vertellen.’

Futurist schildert een danseres in actie met 48 benen

Ook in de andere steden wordt het stuk met gepaste argwaan ontvangen. In Het Nieuws van den Dag weet J.H. Rössing (1847-1918) op 10 juli iets meer te melden:

‘Op politiek en militair gebied hebben de Franschen zich in Afrika in een wespennest gestoken, nu zij er zich ook op tooneelgebied wagen, vergaat het hun niet beter. De «Impressions d’Afrique» zijn alles behalve een tooneelwerk[…]. Deze «impressions» doen Afrika als door een lachspiegel zien. Ze zijn zoo onbenullig en flauw, dat zware verveling over den toeschouwers komt. […] Men valt er staande bij in slaap of loopt ontstemd uit pure verveling weg. Hoe kan men met zoo’n prul naar Nederland komen. Wie zulk een stuk geheel durft uitzien, is waard dat de maatschappij tot redding van drenkelingen hem vereert met de groote gouden medaille.’

In De Telegraaf geeft Barbarossa, pseudoniem van J.C. Schröder (1871-1938), enige indrukken van de scènes op het toneel:

‘Dit lijkt mij een niet onbedenkelijk geval van tropenkoller. Alleen is het me nog niet duidelijk bij wie. Bij meneer De Haan, die in dezen tijd van het jaar met dezen troep dit stuk gaat spelen? Bij het vrijbiljetten-publiek, dat van achten tot elven met groote, glazige oogen heeft zitten kijken? Of bij den criticus, die er, na uren lang peinzen, nog niets van snapt? Een oogenblik heb ik gedacht of dit misschien het futurisme op ’t tooneel zou zijn. ’n Futurist schildert een danseres in actie met 48 beenen. Waarom zou een futuristisch auteur dus niet een tooneelstuk schrijven, waarin twee poesjes, een muzikale worm en een meneer, die op zijn eigen dijbeen de „Marche funèbre” fluit, de hoofdrol spelen? Het begint met een proloog. Wat zeggen wil, dat om kwart over acht het scherm opgaat en het op het tooneel bliksemt en dondert. Dat stelt een storm voor. Vier zwartgeteerde Amsterdammers hollen heen en weer en een meneer met een zwierigen mantel om, brult in ’t Fransch dat ze den verkeerden kant op hollen. Dan is ’t uit. Dat is de proloog. Tien minuten later gaat het scherm weer op. Op den achtergrond een omgevallen stoomboot, die er heel aardig lag en op den voorgrond een troepje Europeanen, die in Afrika aan land zijn gespoeld en door de inboorlingen gevangenworden gehouden. Dan begint de waanzin en komen de katjes, de guitaarspelenden worm en de musicus met één been, die op het bot uit zijn andere been een marsch speelt. Als dat een kwartier geduurd beeft, val ie in diepen slaap en als de vriendelijke ouvreuse me om elf uur niet gewekt bad, zou Royaards me tegen 1 September verdroogd in loge 5 gevonden hebben. Ik snap er niets van.’

Zoals Barbarossa terecht vaststelt, een ‘Futurist schildert een danseres in actie met 48 benen’, daar lijkt de ‘Nude descending a staircase’ van Duchamp om de hoek komen te kijken, al krijgt dit schilderij pas een jaar later tijdens een tentoonstelling in New York zijn mythische lading. De voorstelling van ‘Impressions d’Afrique’ heeft in Parijs een heel andere impact. De dichter Apollinaire is aanwezig, Picabia bezoekt de voorstelling, Marcel Duchamp is gefascineerd door de wijze waarop Roussel de taal naar zijn hand zet.

Alphabetum I: Roussel/Brisset/Duchamp

Futurist schildert een danseres in actie met 48 benen
Alphabetum I: Roussel/Brisset/Duchamp in de bibliotheek van de voormalige Amerikaans ambassade.

De tentoonstelling van West Museumkwartier in de oude bibliotheek van de Amerikaanse ambassade bestaat uit een reeks boeken en een dertigtal affiches die het verband tussen Roussel, Brisset en Duchamp zichtbaar moeten maken. De drie hoofdpersonen hebben de taal naar hun hand gezet, vervormt, gebruikt om er mee te boetseren. Jean Pierre Brisset ontwikkelde de theorie dat taal afstamt van de geluiden die de kikker uitstoot, de ‘kwaak’ van de kikker betekent volgens Brisset niets meer dan ‘Quoi que tu veux ?’, oftewel ‘Wat mot je?’ Exit de theorieën van Darwin. Raymond Roussel koos een ander pad. Hij construeerde verhalen, hele romans rond één zin, waarbij hij lange hinkstapsprongen maakte van associatie naar homofonie, om uiteindelijk weer terug te komen bij de eerste zin van het verhaal, zij het nu met geheel andere betekenis. Marcel Duchamp weet de van conventies ontdane taal van Brisset en Darwin te verbinden met de schilderkunst, door de titels die hij zijn werken geeft, en vooral door de notities en aforismen die hij publiceert om zijn werk deze extra dimensie te geven.

Futurist schildert een danseres in actie met 48 benen
Raymond Roussel

Anton Stuckardt en Maximilian Gilleßen, de samenstellers van de tentoonstelling, afficheren zich met de Patafysica. Er liggen meerdere publicatie van het College du ’Pataphysique, een boek van de Nederlandse Academie voor ’Patafysica, en de rondleiding die ik beluisterde maakte meerdere malen gewag van deze wetenschap van denkbeeldige oplossingen (dus niet van de nonsens, zoals ik hoorde). Zonder de enthousiaste verhalen van de rondleider blijft de verzameling affiches en boeken een hermetisch geheel, en laat de bezoeker zich al snel afleiden door de James Bond-achtige jaren ’50 architectuur van de ambassade. Gelukkig krijgt iedereen een exemplaar van de bijbehorende catalogus en kun je het verhaal thuis nog een keer nalezen.

Futurist schildert een danseres in actie met 48 benen
Marcel Duchamp

De samensteller hebben een kast ingericht met de Nederlandse vertalingen van Roussel, boeken van Kousbroek, en exemplaar van de recente studie van Pieter de Nijs naar Duchamp en Roussel. Ze hebben zelfs gedacht aan de intergalactische taal Lincos van de Utrechtse hoogleraar in de wiskunde Hans Freudenthal, maar het ontbreekt jammer genoeg aan enige referentie naar de opvoering van ‘Impressions d’Afriques’, die ruim honderd jaar geleden, hemelsbreed tweehonderd meter van de ambassade plaatsvond.

En de link tussen Den Haag en Brisset? Daarvoor verloten we onder de juiste inzenders een exemplaar van de mooie catalogus die bij deze tentoonstelling is gemaakt – en bij gebrek aan juiste antwoorden aan de persoon die de mooiste denkbeeldige oplossing geeft.

Futurist schildert een danseres in actie met 48 benen

Alphabetum I: Roussel/Brisset/Duchamp is nog te bezoeken tot en met 19 mei 2019 bij West Museumkwartier, in de voormalige Amerikaanse ambassade, Lange Voorhout 102 in Den Haag.